Vraagbaak Karpervissen.

Zoals iedereen wel weet hebben we sinds kort een vraagbaak over Vliegvissen. Gelukkig hebben we sinds kort ook een vraagbaak voor de karpervissers. Piet van Heerebeek en Toine van de Meulenhof. Bij hun kunt u met al uw vragen terecht over het Karpervissen. Piet zijn specialiteit is het vissen met de pen op de karper, terwijl Toine zijn specialiteit ligt bij de grote meren, maar ook de kanalen zijn bij deze topvissers geen onbekend terrein. Ook kunnen hun uw raad geven bij het aanschaffen van materialen en natuurlijk heel veel tips, zowel voor Nederland, maar ook uit het buitenland.

Zo ziet u maar dat rondomdedelta niet stil staat maar juist heel sterk aan het stijgen is.

Stuur uw vraag naar info@rondomdedelta.nl en wij zorgen dat uw vraag beantwoord wordt.

Karpervissen met de penhengel Dit is de hogeschool van het karpervissen en geeft je de meeste voldoening. Er is niets mooiers als je pen zachtjes te zien weglopen en na het aantikken de eerste run van de karper die meteen je hengel en de molenslip tot het uiterste test. Jarenlang heb ik me hier uitstekend mee vermaakt na eerst jaren lekker te hebben gematched. Want daar is het door gekomen, tijdens dat matchen kwam er regelmatig karper op bezoek en werden mijn zenuwen en kalmte tot het uiterste getest als het weer eens een dikke was die de 18/00 - 20/00 lijn in nood tempo van de molen rukte. Gelukkig vis ik vaak op een plaatsen met niet teveel begroeiing dus met wat kunst en vliegwerk is het me toch gelukt om de meeste van die jongens op het droge te krijgen. De mooiste en grootste werden natuurlijk wel eens verspeeld zo gaat dat, een 4,20 meter match + matchmolen is niet het meest ideale om dikke 20+ ponders te landen. Later werd een echte penhengel aangeschaft en kwamen ook die 20 ponders wel op de kant. Mijn record op de pen komt van de visvijver hier uit het dorp en was een dikke 20 pond. Een hele krachttoer om die op de kant te krijgen, je hebt even werk. Zo een dril duurt zo maar een dik kwartier of nog meer. Ik zal in de komende verhaal zoveel mogelijk van mijn “geheimen” en ervaringen prijs geven. Materialen. Wat heb je nu nodig om de karper op deze mooie manier achter de schubben te zitten? Wel ik heb het al gezegd, een matchhengel of een echte karper-penhengel. Vis je op een water waar je van weet dat er toch geen echt grote jongens voorkomen en is het water ook nog eens redelijk schoon dan is een matchhengel ideaal om de kleinere karper te vangen. Een mooie lengte is tussen de 3,90 en 4,20 meter, een 20 grammer is goed genoeg, zwaarder zou ik niet gaan. Ook natuurlijk een goede molen die 150- 200 meter 18/00 -20/00 lijn kan bevatten. Deze molen moet wel een goede slip bezitten want hij zal tot het uiterste worden belast als er een leuke karper gevangen gaat worden. Of die slip voorop of achterop zit is een kwestie van persoonlijke smaak. Hoewel het wel handig is zo’n slip achterop, die je tijdens de dril nog net even een tikje strakker kan zetten om de karper tot stoppen te brengen of een andere richting in te laten zwemmen. Maar even zo makkelijk gaat dat met een slip voorop. Shimano molens staan bekend om hun goede slip, dus daar is er vast wel een bij die aan je eisen voldoet. Bekende typen zijn de Stradic, Stella, Aero en de Technium. Voor de betere matchhengels kun je ook bij Shimano terecht maar ook Fox of Spro hebben wel leuke modellen. Ik zelf vis met een oudje, een Silstar Traverse X van 4,20 meter, een super hengel, maar dat is puur persoonlijk natuurlijk. Als molen gebruik ik een Shimano Match of een Shimano Aerocast 4010 met de slip voorop. Daarop 200- 300 meter 18/00 of 20/00 van een goed merk en wel nylon zeker geen rekloze Dyneema, want deze is veel te sterk en heeft helemaal geen rek en die rek willen we toch wel graag wat hebben als je een vis onder de top drilt. Nee, een goede nylon van alweer Shimano, Berkley of Fox daar gaan we voor. Verwachten we niet alleen kleine karper maar ook mooie zeelt of dikke brasem dan gaan we met een dunnere onderlijn vissen. 14/00 of 16/00 is een mooie dikte.   Als haak een maatje 14-12. Is er grotere vis te verwachten gaan we voor geen onderlijn en knopen we een maatje 10 direct aan de hoofdlijn. Tja en welke haak gaan we gebruiken?? Hele theorieën zijn er maar ik houd het gewoon simpel, vis ik met maden/pieren dan bv een Gamakatsu LS1030 of een 1050. Vissen we met maïs/ander zaad of casters dan gaan we voor een LS1040 of 1810. Natuurlijk mag het ook rustig een ander merk zijn, maar onthoud dat als je met levend aas vist de steel van de haak gewoon wat langer moet zijn. Voor casters dus wel een kortere steel.   Tja en dan de dobbers. De bekende karperpennen en de Rotterdammer zijn natuurlijk de te gebruiken dobbers maar evengoed is een echte matchpen te gebruiken. Ik vis ze graag schuivend met maar 1 oogje, het onderste oogje aan de lijn met zo’n speciale adapter waarmee je snel kunt wisselen als de omstandigheden daar om vragen. Bij heel rustig weer een lichte dunne dobber, bij zwaar weer en veel golven een met wat meer gewicht onderaan en een lange dunne antenne. Wat verder uit de kant mag de antenne voor de zichtbaarheid wat dikker zijn. De montage met de lijn door het onderste oogje heeft ook nog eens als voordeel dat je lijn al onder water zit en je zo dus minder last hebt van de wind en golven in de lijn. Om de dobber te stoppen bovenin een stuitje, er onder een loodkorrel. Er zijn er die de dobber ook boven in stoppen met een loodje maar ik houdt het op zo’n ouderwets stuitje. Afhankelijk van de waterdiepte al het lood gegroepeerd over een bepaalde lengte bij elkaar.   Mijn onderlijn is max. 50 -60 cm lang, eerste loodje op 20- 30 cm, dat is tevens de maximale vrije lengte zonder lood. Zijn de beten voorzichtig ga ik terug naar een vrije lijn van 10 - 20 cm tussen haak en het eerste loodje soms zelfs 5 cm. Op de onderlijn dus in totaal twee of drie kleine stukjes loodhagel de rest op de hoofdlijn gegroepeerd, maximaal dus 1 meter lijn waar lood zit, gooi je minder vaak in de war. Is het water dieper dan nog het lood over die 1 meter onderin verspreidt. Is het water heel ondiep, te denken valt aan rond de 50 cm, dan al je lood op de onderlijn en stuit de dobber aan de onderkant dus op de knoop van de hoofdlijn/onderlijn.   Dat is het verklikker loodje, als de karper het aas van de grond pakt zal je dobber iets omhoog het water uit komen, zwemt de kaper gewoon weg dan zie je de dobber dus net als met het witvissen zachtjes de diepte in vertrekken. Als je met een echte penhengel gaat vissen gaan de spullen wat zwaarder worden. De hengel is dan vaak een 1 tot 1,75 Lbs zwaar typ en de lijn gaat richting de 25/00 ook de molen mag dan wat zwaarder zijn, ik kies dan een Aero power van weer Shimano met daarop dus 25/00 of 28/00 lijn als het water dicht begroeid is of ik obstakels kan verwachten.   Is het water obstakel vrij ga ik toch weer voor de Aerocast met alleen wat dikkere lijn bv 22/00. Nu een haakje 10 of 8 en worden het al echte karper haken, ik vis dan meestal met Owner haken vaak gewoon zonder weerhaak. Ik heb sinds kort een paar Spro Strategy karperhengels met een metalen reelhouder en hardchromen ogen. Deze soort hengels zie je niet vaak meer aan de waterkant, terwijl die hardchromen ogen heel veel voordelen tov de bekende Fuji hebben. Ze kunnen zo wie zo tegen een stootje, hoogstens raken ze dan wat minder rond.   Ook voeren ze nog eens perfect de wrijvings warmte van het langs komende nylon af, metaal geleid nu eenmaal beter de warmte als keramiek. Vaak zijn die hardchroomogen ook nog een lichter. Nee geef mij die chromen jongens maar, zeker als je moet gaan lopen met je hengel en dat doe je nogal eens met het pen vissen. Hoe vaak loop je niet met je top ergens tegen aan, het heeft mij al heel wat topoogjes gekost, nu dus geen last meer van. Het enigste wat ze tegen hebben is dat chroom wel erg blinkt. Dat lokt bepaalde types, het dieven gilde, maar stoot ook bepaalde typen af. Dat kan dan je te vangen vis zijn die schrikt van de schittering. Maar als je maar laag genoeg blijft met je hengel zal het wel meevallen denk ik. Aas en stekken Als aas komen alle zaden in aanmerking, ook tijgernoten en dat mogen dan dus juist de kleintjes zijn die ik dan op de haak rijg, maar wel met de punt van de haak vrij zodat hij haken kan. Heel leuk zijn vaak de combinaties van zaden, tijgernoot met mais, tarwe met kikkererwt enz. Daar voer ik ook gewoon mee, plus met gekookte hennep en duivenvoer. Dat duivenvoer laat ik eerst 24 uur weken en daarna ook nog eens dik een uurtje koken, hennep hoeft vaak niet langer als een halfuurtje. Je ziet het wel als de witte puntjes, de kiemen, te voorschijn komen zet je het vuur er onder uit en laat je de boel afkoelen. Dan het water er af gieten en de hennep in een emmertje bewaren eventueel kun je nog wat zoet en of andere smaakstoffen toevoegen. Dat kan natuurlijk ook bij al het andere zaadgoed ook bij de maïs. De tijgernootjes gaan 48 uur in de week daarna een uurtje koken met bruine suiker en een flesje oud bruin bier daarna gaan ze in een emmer zodat ze net onder het kookvocht staan. Nu laat ik ze nog eens 48 uur staan voordat ik er mee ga vissen of voeren ze zijn dan zo lekker slijmerig. Op dat slijm zijn de karpers gek dus zeker mee naar de waterkant nemen. Soms als ik met klein aas vis voeg ik ook nog wel gewoon het over bekende kant en klare witvis-lokvoer toe aan de zaden massa. Het mag elk soort witvisvoer van mij zijn, het hoeft echt geen speciaal karpervoertje te zijn. Karper is een zoetekauw dus wat zoetstoffen er bij kan nooit geen kwaad. Ook vind ik het niet erg als er brasem of zeelt op mijn stek komt, vaak is de karper ook in de buurt en vang je die wat later ook wel. Ik voer op diverse plaatsen langs het kanaal, gracht of vijver zodat als ik een karper vang op de ene stek ik op een andere weer verder kan gaan, want vaak vang je op de eerste plek dan even geen karper meer totdat daar de rust is weder gekeerd.   Vang ik brasem of zeelt dan blijf ik wel op de stek zitten. Ik maak meestal een stuk of 6 voerplekjes aan over een lengte van een paar honderd meter. De vraag die vaak gesteld wordt is “en waar moet ik dan voeren”? Tja daar moet je even goed voor kijken of je moet het water erg goed kennen. Zoek naar plekken waar riet of waterplanten langs de oever in het water staan. Op een kanaal is dat vaak niet het geval maar ga dan op zoek naar die plaatsen waar dat riet of die bomen over het water heen hangen, ook aanlegpalen, steigers, pilaren van bruggen kunnen interessant zijn.   Voer daar twee tot drie flinke ballen voer en enige handjes zaad. In totaal zul je rond de kilo witvisvoer en ook zo ongeveer een kilo zaad kwijt zijn aan het voeren op 4 - 5. stekken. Ook hier overdaad schaadt. Begin te vissen op de plaats waar je het eerste gevoerd hebt, heb je na een half uurtje niets gezien verkas dan naar de volgende stek, vang je karper ga dan ook na je vangst naar een verderop gelegen stek. Heb je brasem en of zeelt op je stek dan is het wijs af en toe wat bij te voeren van je zaadgoed maar ook het lokvoer. Zo ga je al je stekken langs en kun je er voor kiezen om het nogmaals te doen als je ze allemaal gehad hebt en dan dus ook veel vrije vistijd hebt. Al gauw ben je zo een uurtje of 4 - 5 onder de pannen.   Natuurlijk heb je altijd een goede polaroid zonnebril bij om het water af te speuren op zoek naar bellen en misschien wel schaduwen van mooie karper. Zie je die, dan sluipen naar die plek en voorzichtig je aas daar uitwerpen. Liefst een metertje van de plaats waar je ze hebt waar genomen zodat ze niet schrikken. Om de nieuwsgierigheid te wekken kun je heel voorzichtig wat van het zaadgoed/lokvoer rond je dobber strooien. Ik kan je verzekeren dat er niets spannends is als het zien dat de karper zich zachtjes richting je dobber begeeft en dat hij interesse heeft in je aas.   Heel vaak zul je zien dat je dobber dan snel zo maar onder water verdwijnt, hoewel ik het ook wel mee maak dat het toch wel even duurt en dat ze als het ware met je aas aan het spelen zijn. Je hebt dan hele sterke zenuwen nodig om toch maar zo stil mogelijk en uit het zicht te blijven. Het meenemen van je spullen Anders als bolie vissen is het dus een heel dynamisch gebeuren. Je moet al je spullen mee kunnen sjouwen van de ene naar de andere stek, het is dus zaak niet zomaar van alles mee te nemen, je tas of rugzak is dan al snel te zwaar of te klein. Je hengel en schepnet en eventuele paraplu in een foedraal de rest dus in een rugzak of tas. Een goede onthaakmat gaat ook nog eens mee. Je neemt zomaar weer een hele berg aan spullen mee, maar daar herken je de moderne karpervisser aan. Alleen dat gene wat je echt nodig hebt meenemen dus.   Dat is je aas en voer, je haken/onderlijnen, onthaak tang, div. dobbers, de adapters, wat lood, reserve lijn, een handdoek, een zakmes, wat voor de inwendige mens, enz. Dat alles neem je dus mee in de tas of rugzak die door vele merken worden aangeboden. Let vooral op de ritsen, er is niets zo hinderlijk als een mooie tas met een rits die niet meer wil. Tja normaal zijn die betere tassen met goede ritsen gewoon te herkennen aan een wat hogere prijs. Kijk maar eens bij Nash, Fox of nog wat andere merken rond en ga zeker de ritsen eens voelen als je in de hengelsportwinkel bent.   Daar voel je meteen welke goed is of welke het na een paar keer waarschijnlijk zal begeven. Tja moet het in camouflage kleur zijn? Zolang het niet schittert en glimt is het allemaal bruikbaar, dus meestal zal het groen of bruin of een camouflage kleurtje/patroontje zijn. Ga je vissen op een regenachtige dag dan is regenkleding en/of een paraplu wel erg lekker. Zorg ook weer dat je regenkleding goed waterdicht is, er is niets vervelender als het te koud krijgen omdat de regen je kleding nat maakt. Onder een paraplu zit je droog en als die plu ook nog eens in het groen/bruin of in een camouflage patroon is zit je ook nog eens mooi uit het zicht. Eentje van 2 tot 2,5 meter doorsnee is lekker luxe en daar passen ook al je andere spullen onder. Dan is een stoeltje wel lekker om daar op te gaan zitten en niet in het natte gras of in de modder te zitten. Al met al toch weer een boel mee te slepen. Als je met de penhengel de karper bejaagd zul je merken dat het vangen van karper ook heel actief kan zijn. Heel anders als het nu zeer populaire bolie vissen. Een paar maal per jaar doe ik dat ook hoor, want ook zo kun je karper vangen. Langere sessies zijn dus voor de bolie visser ga je voor kort denk dan eens aan het leuke penvissen en ja dat kan je bijna op ieder water, van mooie poldersloot tot lelijk kanaal. Veel succes en moge het penvisvirus al dan niet met de match ook jouw in zijn greep krijgen. Piet van Heerebeek

Het klinkt velen van ons wel bekend in de oren. De jaarlijkse of 2 jaarlijkse trip naar het mekka van de karper visserij, Frankrijk! Vele gingen ons voor en vele zullen er volgen. We lezen watertandend de artikelen in alle grote karpermagazines over de zoveelste big die er gevangen wordt, hoe makkelijk alles schijnbaar lijkt te gaan maar is dit ook zo?

Wat gaat er vooraf aan deze vangsten, hoeveel voorbereiding zit erin, en hoeveel tijd ben je bereid erin te steken. Éen ding vooropgesteld, het vissen in franrijk is in wezen niet anders dan op onze thuiswateren, met dien verschil, een voercampagne opzetten wordt iets moeilijker.

Voor velen komt na het lezen van al die mooie verhalen toch de drang om die stap te zetten en naar Frankrijk af te reizen. Dus gooi je een balletje op bij je vismaten. Wat denken jullie ervan om eens een weekje een etang of een lac te bevissen ? Jolijt alom, de een wil morgen gaan de ander volgende week, maar we gaan mee. En dan ? Sja en dan...

Waar gaan we naartoe, een lac, een etang , een rivier, wat is het verschil ? Zit er karper, en hoeveel? Hoe groot is het water, hoe diep is het ? Hoe lang rijden we voor we er zijn ? wat hebben we nodig ? voldoet mijn uitrusting ?

Al deze vragen pobeer ik hier te beantwoorden, op een dusdanige manier dat het nu eens voor alle beginnende frankrijkgangers duidelijk wordt waar op te letten en waar je zeker rekening mee dient te houden.

Waar gaan we heen?

Dit is uit eigen ervaring en ervaringen van vele kennissen de allerbelangrijkste en aller moeilijkste vraag. Besteed er dus veel tijd aan! Als je namelijk eenmaal weet waar je heen wilt kan je verder gaan met de planning. De bestemming is dus DE spil waar alles om draait.

Hoe kan je in mijn ogen het beste een water bepalen:

*Hoever wil je rijden voor je aan het water bent ?

*Wil je eerst 8 tot 10 uur in de auto zitten of wil je in Noord Frankrijk je water zoeken ? ( ik ga uit van centraal nederland, Utrecht dus )

*Gaat er een gezin mee en moet er dus rekening worden gehouden met camping faciliteiten ?

Gezin gaat niet mee, en je wil een uurtje of 6 in de auto zitten. Dan komen we bij het volgende punt : WAT gaan we bevissen ? een rivier of een meer. De logische vraag die je jezelf dan stelt is : Heb ik ervaring op rivieren ? of vis ik thuis op cultuurwateren en kleiputjes ?

Er vanuitgaande dat je geen rivier ervaring hebt wordt het dus een meer. Dan combineren we de vorige 2 vragen en komen we uit op een meer in bv departement 59

www.google.nl – viswater departement 59. -> Resultaten 1 - 10 van circa 297 voor viswater departement 59

www.unpfr.fr – klik op departement 59-nord in het puldownmenu rechtsboven -> en je krijgt alle info over het desbetreffende departement

www.google.nl – een uurtje zoeken op deze site levert heel erg veel nuttige informatie op. www.karperwereld.nl – het karpboard. Verwacht niet dat men alles vertelt, maar als je vriendelijk bent en je vraag op een normale manier stelt zijn er altijd wel mensen die je verder op weg willen helpen .

Koop een Michelin gids ( te verkrijgen bij de betere boekwinkel ) hierin staat heel erg veel informatie over de omgeving waar je naartoe gaat.

Uiteraard zal het bepalen van je water ook afhangen van de bekendheid van een water. Ga hier niet de fout in door dan maar simpelweg voor dat water te kiezen, omdat dat de makkelijkste keuze is.

Beter kan je je afvragen : wat is het bestand op het water dat ik wil bevissen, is er recentelijk vis uitgezet, wil ik eerst lering op doen, of wil ik gelijk gedesilusioneerd terug komen. Ook deze info kan je het makkelijkste verkrijgen via google of via www.karperwereld.nl

Resumee : Ga uit van je eigen ervaring in Nederland met het kiezen van je water, De website van de Franse NVVS ( http://www.unpf.fr ) , www.google.nl en www.karperwereld.nl/board kunnen je heel erg veel informatie verstrekken.

Trek voor dit alles een paar dagen uit, en je zult zien dat je er veel profijt van hebt. Je gaat immers niet vissen op een water om de hoek, maar rijdt er toch een dikke 400 á 500 km voor.

Materiaal

Hengels – de hengels die ik gebruik zijn 3 LBS stokken. Deze bieden genoeg ruggegraat om ook op grote afstanden ( 150 – 300 meter ) nog goed contact te houden met de vis.

Molens – grote spoelen, hoge inhaal snelheid. Dat zijn de molens waar ik mee vis. Het is geen pretje als je 200 meter of meer lijn hebt uit staan en je moet deze binnendraaien om je haakaas te controleren na 24 uur, ben je blij als je dit met hoge snelheid kan doen zonder dat je je arm uit de kom draait. Ik gebruik de Ultimate Grand runners, en voor de minder verre afstanden de XTE 10000 van shimano. Perfecte molens, veel lijncapaciteit en een geweldige slip.

Lijn – Mijn keuze op deze afstanden is dyneema of fireline, om het doodsimpele feit dat een monifiele lijn een te grote rek heeft ( min 10% ) , lig je op afstanden van 200 meter heb je al 20 meter rek in je lijn. Ik heb ook 2 extra spoelen bij me, mocht ik een hoop lijn verspelen, wat natuurlijk niet te hopen is, heb je ten alle tijden reserve lijn.

Beetmelders - Ik ben in het bezit van de Fox Micron MX, deze voldoen ook in frankrijk perfect. Samen met je extension box gewoon een goed systeem. Vergeet niet extra batterijtjes, je zou op een eiland terecht komen en na 4 dagen zijn je batterijen leeg....

Rigs – Kies voor een rig waar je in Nederland ook mee vist en vangt. De rigs die ik gebruik in frankrijk zijn het simpelste van het simpelste, de boltrig.

Tent - De keuze voor mijn tent is gevallen op een Fox 2 man dome. Betaalbaar en groot. Ik kan in deze tent al mijn spullen kwijt, en heb toch voldoende bewegingsruimte. Een ander voordeel is dat je deze tent op veel manieren kan vastzetten, scheerlijnen, haringen in het grondzeil, en omdat deze tent een vast grondzeil heeft staat alles ook nog een keer lekker vast door het gewicht van het materiaal. Het kan in Frankrijk behoorlijk spoken, en dan ben je blij als je een goede degelijke tent hebt, bezuinig hier dan ook niet op, het bespaart je veel ellende.

Reserve materiaal - Ik heb ten alle tijden voldoende lood, haken, braid, wartels etc. bij me om bij materiaal verlies niet te hoeven klooien of improviseren. Een fox tacklebox is dan ideaal. Ik doe die fox doos open en heb het hele scala aan haken etc zo voor het pakken. Het is echt geen pretje als je een andere onderlijn moet knopen en je komt erachter dat je de haak die je wil gebruiken niet meer hebt. Het vertrouwen in je vissen wordt gelijk een stuk minder, en daarvoor zitten we niet 400 km van huis af. Lood kan je makkelijk meenemen in een nylon zakje, gewoon een stuk of 20 stukken lood of de maaskeitjes ( beter voor het milieu ) en je hoeft je nergens zorgen over te maken.

Boot en dieptemeter - Een goede boot en dieptemeter zijn voor mij onmisbaar. Ik vaar er mijn spullen mee over, zoek er de plateaus, obstakels, dieptes mee op, vaar er mijn lijnen mee uit, en dril er de vis mee af. Heb je geen goede boot, kijk dan eerst of een vismaat deze te leen heeft, een goede rubberboot type zodiac is het mooiste, maar erg prijzig. Maak niet de fout om met een bart smit bootje op zo een water aan de slag te gaan, deze zijn erg snel lek, kunnen weinig gewicht hebben en laten we eerlijk zijn, stabiel zijn ze niet. De dieptemeter die ik gebruik is van eagle, een goede betrouwbare dieptemeter waarme ik ook de bodemgesteldheid kan zien, modder of harde bodem, plantengroei etc. Ideaal om de mooie plekjes waar je de vis verwacht op te zoeken.

Aas

Over aas zijn alle vele dingen geschreven. Wat, hoeveel, welke smaken, vis of zoet. Zorg ervoor dat je van alles een beetje hebt. Ja zul je denken lekker handig, vang je op het een als een gek op het ander niks zit je na 4 dagen zonder aas. De oplossing is simpel, als je uitgaat van 10 kilo boillies voor een week , ja dit is echt meer dan genoeg is mijn ervaring,neem dan 10 kilo zoete boilies mee en 10 kilo visboillies. Mocht je maar op 1 smaak vangen dan heb je 10 kilo over die je weer gewoon op je thuiswateren kunt gebruiken. Daarbij heb ik nog een kilo of 20 tijgernoten en een kilo of 10 hennep. Deze kook ik aan het viswater af. Ik vis altijd 2 hengels met zoet en 2 met vis. Het kan ineens omslaan dat je toch blij bent dat je 2 smaken hebt meegenomen.

Eten en persoonlijke spullen.

Tja, als je daar een week in de bos zit, zal je toch ook moeten eten. Er zijn er die nemen voor een week blikken mee van b.v. struik, en er zijn er die nemen complete koelkasten vol mee. Voor wat betreft die blikken struik ben ik heel eerlijk, die doen hun naam eer aan. Ik heb ze een keer meegehad, en toen is de inhoud tussen de struiken terecht gekomen en de blikken in de vuilniszak. Dit koste me wel weer een rit naar de plaatselijke supermarkt maar dat had ik er graag voor over. Tegenwoordig neem ik pasta’s mee, spaghetti, macaroni, rijst, een blik bonenmix, wat paprika’s en uien, en je kan zo een hele lekkere goede maaltijd in elkaar zetten die weinig kost en toch heel voedzaam is. Om dit hele spul te bereiden is een camping uitrusting pannen en potten ideaal. Ik gebruik om mijn eten te verwarmen een gasfles en een 2 pits gastoestel van coleman. Ik heb ook een tijdje met die gasbelletjes zitten friemelen, maar deze zijn erg snel leegen het is weer extra afval. Een grote gasfles gaat lang mee, en je hebt er veel profijt van, ook voor het koken van je tijgers en je hennep !

Water, een eerste levensbehoefte en dus erg belangrijk. Ik ben in het bezit van diverse grote cans die ik thuis afvul en meeneem. Wat een gesleep zul je denken, ja inderdaad, maar zoals ik al zei broodnodig.

Ten eerste doe ik me hiermee opfrissen en mijn tandjes mee poetsen, en ten tweede gebruik ik het om de pastas die ik meeneem in te koken. Ik heb voor een week dan ook een kleine 40 liter water bij me. Ga ik naar huis en ik heb over, kieper ik de rest gewoon weg, en heb ik alleen nog maar die 4 lege cans mee, die geen gewicht zijn.

Mocht je nog vragen hebben, kan je gerust via de vraagbaak op deze site je vraag stellen, en dan zullen wij proberen deze zo goed en adequaat mogelijk te beantwoorden.

Toine van de Meulenhof

Voorwoord

Steeds vaker krijgen we te maken met beginnende karpervissers die met vragen zitten en die door de bestaande websites niet of nauwelijks beantwoord worden. In dit verhaal gaan wij, Theo van de Wal en Piet van Heerebeek, jullie proberen alles te vertellen over het karpervissen. We doen dit zo kompleet mogelijk met het gevaar dat het misschien wel wat lang zal gaan worden. We gaan wel uit van de beginnende karpervisser maar zullen het niet nalaten ook wat dieper op de zaken in te gaan zodat ook de wat gevorderde karpervisser er misschien nog iets van kan opsteken.

Als je op het internet op zoek gaat naar “karper” kom je heel veel sites tegen die iets te vertellen hebben over het karpervissen. Vaak zijn dat toch wel sites die uitgaan van de wat gevorderde vissers. Ook heel vaak is de informatie zeer kort en algemeen. Ga je b.v. naar de site van de NVVS kom je het volgende over de kapervisserij tegen.

Karper

Karpers zijn te verdelen in wilde en gekweekte karpers. De wilde karper is slank en torpedovormig. De gekweekte heeft een hoge rug. Alle karpers hebben een bek die vrij ver uitstulpt, met twee paar baarddraden op de bovenlip; twee lange en twee korte. De karper kent veel kleuren: bruingroen tot grijsblauw met flanken die bronsbruin tot goudgeel zijn. Blauwachtige vinnen met een rode gloed en geelachtige ogen met donkere pupillen. Karpers kunnen tot meer dan een meter lang worden. Ze wegen dan ruim 20 kg.

Er zijn vier soorten karper:
- schubkarper met kleine regelmatige schubben over het hele lichaam;
- rijenkarper met een rij evengrote schubben op de zijlijn;
- spiegelkarper met schubben van verschillende grootte, onregelmatig verspreid over het lichaam;
- lederkarper met zeer weinig tot geen schubben.

Visstek
In bijna alle type wateren komt de karper voor. Ze zijn vooral veel te vinden in de buurt van waterplanten, meerpalen, houten beschoeiingen, brughoofden en dergelijke.

Voedsel
Karpers zoeken hun voedsel vooral op de bodem. Zij eten onder meer wormen, slakjes, larven, mosseltjes, zoetwaterkreeftjes en kuit.

Hoe karper te vangen
Vooral in de zomer en nazomer is het goed vissen op karper. De beste tijd is "s morgens vroeg, "s avonds laat en zeker ook "s nachts. Op karper vis je met het aas op de bodem, dicht bij de oever. Als aas kan je gebruiken aardappel, deeg, kaas, maïs, trouvit en wormen. Soms heb je geluk en kan je een karper vangen met een drijvende korst brood. Je moet dan wel oppassen dat er geen eenden in de buurt zijn.

Bijna altijd wordt een werphengel gebruikt. Soms met een dobber, maar meestal met een schuiflood en beetverklikker. Er bestaan speciale elektronische beetverklikkers. Dan wordt een deegballetje (boilie) als aas gebruikt, dat aan de haak wordt gehangen met een dun draadje: een hair-rig. Karperhengels zijn 3 tot 4 meter lang en dragen een karpermolen, die een lijn heeft van 25/00 tot soms wel 35/00 millimeter dik.

Karper

De Valkenswaarder is beroemd in heel Europa. Tegenwoordig is het allemaal veel kleinschaliger geworden, richt men zich meer op visstandbeheer en worden er nog maar zelden grote uitzettingen gedaan. Veel wordt er nog wel gedaan voor uitzettingen/visbeheer bij de hengelsportverenigingen. Hoewel men nu ook wel met projecten bezig is om weer meer karper op het openbare water te krijgen. Dat gebeurt nu vooral door uitzettingen van Spiegelkarpers en met behulp van de sportvissers die ze vangen kan men na gaan hoe deze vissen zich verspreiden door het hele uitzetgebied en ver daar buiten.

Soorten Karper

Er zijn dus vier soorten karpers.

De schubkarper/boerenkarper

De oervader van alle karpers. Gewoon met schubben over het hele lijf zoals de meeste vissen die hebben. Ook de wilde of boerenkarper is een gewone schubkarper dus.
Deze karper is dus goed te herkennen aan zijn grote schubben, zijn donkere olijfgroene rug en zijn glans doet denken aan brons. Zijn snuit is iets donkerder gekleurd en aan de bovenlip bevinden zich vier baarddraden.

De bovenlip is uitschuifbaar en stelt de karper in staat om over/in de bodem rond te snuffelen. D.m.v. de baarddraden, waar veel voelpapillen in zitten en zijn smaakpapillen in de bek filtreert hij de voor hem eetbare delen er tussen uit. De rest ,wat niet eetbaar is, komt door de kieuwen weer naar buiten.Een echte wilde variant van de schubkarper is de boerenkarper.

Spiegelkarper
Een wat zeldzamer soort is de spiegelkarper. De spiegelkarper is bij uitstek een gekweekte soort en wordt in het Oosten van Europa nog steeds gekweekt voor de consumptie. De spiegelkarper dankt zijn naam aan de hier en daar over zijn lichaam verspreid staande grote schubben.

Deze gekweekte karpersoort groeit in vergelijking met de schub- en boerenkarper heel veel sneller. De groei van een karper is afhankelijk van een aantal factoren, de temperatuur, het leefgebied (ruimte), het voedselaanbod en natuurlijk de gezondheid van de vis. Wordt aan al deze bovengenoemde factoren voldaan, dan zal deze karper uitgroeien tot grote afmetingen en gewichten

De leder- of naaktkarper
Een variant die heel veel op de spiegelkarper lijkt is de leder- of naaktkarper. Deze karpersoort heeft in tegenstelling tot de spiegelkarper alleen op de rug en bij de staartwortel een paar kleine schubben. Voor de rest heeft hij dus helemaal geen schubben. Om niet helemaal onbeschermd te zijn, schubben dienen normaal ter bescherming, bezit deze karper dus een behoorlijk dikke huid.

Vandaar ook de naam lederkarper. Ook deze vis kan als de omstandigheden goed zijn uitgroeien tot een respectabel formaat.

Rijenkarper
De rijenkarper lijkt in kleur en vorm heel veel op de spiegelkarper. Hij heeft alleen de gekenmerkte schubben niet verspreid over zijn lichaam staan, maar meer in mooie rechte lijn over de zijlijn van de vis . Ook voor de rijenkarper geld dat hij kan uitgroeien tot een heel mooi formaat.

Rariteiten

Er zijn ook vissen die verwant zijn aan de karper en die je tijdens het karperen wel eens kan vangen. Dat zijn de giebel en de kroeskarper, ze worden echter niet groter als 45- 50 cm en nooit zwaarder als een kilo of 3-4. Als je op een afgesloten water vist kun je ook nog een andere geïmporteerde karper tegen komen. Deze is speciaal naar hier gehaald omdat ze graag waterplanten eten, de graskarper. Hij wordt gebruikt om dicht begroeide wateren weer op een natuurvriendelijke manier planten vrij te krijgen.

Deze moet, door de eigenschap van planten eten, daar weer terug gezet worden waar ze ook gevangen is. Het is een beschermde diersoort en mag zeker niet meegenomen worden. Een rare soort schubkarper is de goudkarper die je tegenwoordig ook veel tegenkomt. Dit is de grote variant van de gewone goudvis wat ook een karper is. Ook zie je wel eens Koi-karpers, dit zijn dure veelkleurige goudvissen zullen we maar zeggen. Dit zijn vaak uitgezette aquarium/vijver dieren.

Leefgebied

De karper kun je vinden op allerlei soorten water. Van onooglijke sloten tot groot water. Hij is dus niet kieskeurig aangaande het ideale leefgebied. Hoewel een karper levend in een boerensloot geen gigantische afmetingen zal krijgen omdat het leefgebied toch wel een beperking heeft om dat mogelijk te maken, in dit geval dus ruimte. Het voedselaanbod kan bijvoorbeeld wel zeer ruim zijn in zo’n boerensloot. Om uit te groeien tot zeer respectabel formaat moet er wel aan wat eisen voldaan worden. Het leefgebied moet warm zijn, er moet ruim voedsel aanwezig zijn en er moet genoeg ruimte zijn. (groot water met weinig concurrentie) Een karper is ook een redelijk sterke vis. Hij zal niet vlug door zuurstof gebrek op zijn kant gaan liggen, die eer laat hij aan anderen over.

Waar kun je nu karper verwachten in die grote variëteit aan wateren. Hij houd zich het liefst op bij palen en oeverwerken, in wier- rietvelden en natuurlijk ook tussen de overige waterplanten. Hij leeft daar van kreeftjes, wormen, slakjes en ander bodem gedierte. Ook lust hij graag zaden en granen, dus zijn die aanwezig eet hij ook die. Is er een voedsel tekort vergijpt hij zich ook wel een de waterplanten zelf. Een mooi voorbeeld is het Kempisch kanaal waar door de verwarming van het water door de elektriciteitcentrale in Mol de karper het hele jaar actief is. Door het weinige voedsel aanbod is nu het hele stuk kanaal met het warme water vrij van waterplanten. Dit allemaal wetende kun je door dit alles in gedachten te houden op div. wateren toch wel vlug een leuke karperstek vinden. Natuurlijk zijn er op de wateren nog wel andere goede stekken te vinden die niet met het blote oog zichtbaar zijn. Daar zul je dan wel de hulp van een bootje met een diepte meter/visvinder moeten in zetten. Zoek dan naar palen/obstakels die onder water staan, steenstort, richels en mosselbanken. Ook waterplanten die niet aan de oppervlakte komen en dus van boven niet zichtbaar zijn kunnen goede stekken zijn.

Materialen

Tja en wat moet je als beginneling nu minmaal hebben? Ik ga er van uit dat je toch minmaal een hengel + molen, een onthaakmat en een schepnet nodig zult hebben. Een beetverklikker kan in het begin ook, maar het mag ook alleen maar een losse inhanger zijn er hoeft nog niet meteen voor een elektronische soort gekozen te worden. Een vereiste is dan wel dat je bij je hengel blijft. Ook hoeft de molen er niet meteen een te zijn met een vrijloop of baitrunner. Ook bij de gevorderden zijn er die nog steeds vissen zonder baitrunner. Denk maar eens aan de Daiwa Emblem, zeer geliefd bij vele karpervissers. Een onthaakmat van goede kwaliteit is tegenwoordig wel een vereiste. Dit om beschadiging van kapitale vissen of nog erger sterfte tegen te gaan. Laat een karper nooit vallen, veel kans dat hij er niet mee wegkomt en inwendig letsel oploopt. Kies daarom voor een dikke mat met dik schuim of met van die piepschuim bolletjes gevuld.

De karperstudie groep heeft een paar gedragsregels opgesteld waar iedere karpervisser zich aan zou moeten houden en het lijkt me dat ieder die zich karpervisser noemt hier toch wel aan moet voldoen.

Hieronder staan ze, leef er wel naar.

1.Toon respect voor een ieder en zijn eigendom .

Hiermee wordt primair bedoeld dat men zich aan de ‘normale’ fatsoensnormen dient te houden zoals die gebruikelijk zijn in onze samenleving. Zo dienen karpervissers bijvoorbeeld geen onrechtmatig gebruik te maken van andermans eigendom (bijv. zonder toestemming vissen op privé terrein). Bovendien zijn karpervissers niet de enige recreanten die aan de waterkant vertoeven. Houd dus ook rekening met andere vissers, watersporters, dagrecreanten, wandelaars etc. Claim geen stekken en profiteer niet – zonder te overleggen – willens en wetens van de inspanningen van collega karpervissers (‘stekkenpezen’).

2. Veroorzaak geen overlast

In met name woongebieden wordt snel overlast ondervonden, vooral tijdens de nachtelijke uren. Vooral te hard afgestelde beetverklikkers zijn hier debet aan. Dergelijke overlastsituaties kunnen worden voorkomen door de beetverklikkers zachter af te stellen in combinatie met het gebruik van een sounderbox. In de nacht draagt het geluid veel verder dan overdag. Ook kleine stemverheffingen kunnen ’s nachts al heel snel als hinderlijk worden ervaren. Voorkom dat andere mensen aanstoot kunnen nemen aan je gedrag.

3. Toon respect voor de natuur.

Houd zoveel mogelijk rekening met de flora en fauna. Er is al zoveel verdwenen. Creëer bijvoorbeeld geen visstek door het snoeien van bomen en planten en verstoor geen broedende vogels. Behandel ook andere vissoorten dan karper met liefde en respect. Laat ook geen afval achter op je visstek. Ruim ook afval op dat door anderen is achtergelaten. Als karpervisser val je op in je omgeving en wordt je snel verantwoordelijk gehouden voor afval dat op de stek is achtergebleven na je vertrek.

4. Meld calamiteiten en onregelmatigheden bij de gemeente, politie of hengelsportvereniging.

Instanties zoals de gemeente, de politie, het waterschap of de hengelsportvereniging hebben tegenwoordig een milieu/calamiteiten telefoon. Door melding te maken van calamiteiten en onrechtmatigheden zoals vernieling, overlast, vervuiling, vissterfte en stroperij werk je actief mee aan een beter (leef) milieu.

5. Zorg dat je beschikt over alle benodigde vergunningen.

Zonder de benodigde vergunningen (niet alleen visvergunning maar ook bijv. gebruikersvergunning of toegangsbewijs) ben je in overtreding.

6. Vis alleen met visveilige systemen.

Vis alleen met systemen waarbij de karper zich bij lijnbreuk te allen tijde kan bevrijden van lood en lijn. Gebruik geen rigs die de karperbek onnodig schade toebrengen (bijvoorbeeld de bent-hook-rig bij karpers met zachte bekken). Beperk het gebruik van een voorslag tot die specifieke situaties waarin geen andere alternatieven aanwezig zijn.

7. Gebruik bij het onthaken en fotograferen altijd een onthaakmat.

Door het gebruik van een goede onthaakmat zal de karper geen onnodig letsel oplopen bij het meten, wegen en fotograferen.

8. Houd de vis nat bij het onthaken en fotograferen.

De slijmlaag van de karper is zijn grootste bescherming tegen bacteriën, virussen en parasieten. Bij uitdroging en/of beschadiging kan de karper bezwijken. Voorkom dit dus.

9. Ga verantwoord om met het gebruik van de bewaarzak.

Bewaar slechts één karper per bewaarzak. Door meerdere karpers in een bewaarzak te bewaren is er grote kans dat de karpers elkaar letsel toebrengen. Een bewaarzak moet goed ‘verankerd’ zijn. Tevens dient de bewaarzak op een zuurstofrijke plaats te worden weggehangen. Hang een bewaarzak nimmer tussen de waterplanten. Waterplanten onttrekken na het invallen van de duisternis namelijk zuurstof aan het water. Ook op zeer modderige bodems kunnen zeer zuurstofarme situaties ontstaan. Hang een bewaarzak , in verband met golfslag en stroming, nooit in de buurt van harde puntige materialen (zoals bijv. basaltblokken). Ga nooit varen met je boot indien er een bewaarzak met daarin een karper aan bevestigd is.

10. Zet de karper terug in het water waarin je hem hebt gevangen.

Een karper is niet voor niets groot geworden in het water waarin hij rondzwemt. Door verandering van zijn biotoop kan er een levensbedreigende situatie ontstaan voor de karper. Vaak zijn de bekende grote exemplaren ook nog eens ‘target’ vissen voor veel karpervissers. Door hen een vis te ontnemen, ontneem je collega vissers ook een stuk plezier in de visserij.

In de nu volgende hoofdstukken zullen we dieper op de diverse materialen ingaan die voor de karpervisser allemaal beschikbaar zijn. Alles zo overziend is dat tegenwoordig wel erg veel. 30 jaar terug toen ik begon stond het nog in de kinderschoenen en was er eigenlijk niets speciaals voor de karpervisser te vinden. Je moest alles zelf uitvinden, je viste of met (rogge) brood, aardappel, wormen, Smack of kaas en dat was het wel. Een speciale karpermolen was er niet. De ideale karperhengel was een speciaal omgebouwde vliegvisstok. De karper was ook nog niet zo groot als tegenwoordig, een twintig ponder was toen al een hele reus. De karpervissers waren op een hand te tellen. Hoe anders is dat tegenwoordig, het lijkt wel of bijna iedereen tegenwoordig op karper vist. De speciale karper producten zijn tegenwoordig net zo makkelijk verkrijgbaar als alles voor de vaste stok.

Karperstok

Als beginnend karpervisser sta je voor een aardig dilemma, wat is de juiste karperhengel? Als je een gemiddelde hengelsportzaak binnen loopt staat er zo maar een rek met wel 30-50 karperhengels klaar, zoek daar maar als beginneling je hengel uit!!! Allereerst zijn er ook nog eens verschillende soorten karperhengels, je hebt penhengels, hengels voor onder de kant/ voor wat verder weg uit de kant (de allrounder) en ook nog eens hengels voor groot water en heel ver uit de kant. Met de penhengel vis je actief en leg je vele meters langs de waterkant af. Met de andere stokken vis je statisch. Vroeger werden deze stokken gemaakt uit de blanks van een vliegenhengel, splitcane/bamboe en later glasweefsel. Tegenwoordig zijn het meestal carbonhengels soms zelfs verstevigd met kevlar of titanium.

Penhengels.

Deze is ook nog eens mechanisch veel sterker. Als haak een maatje 6 of 4 zeker niet groter. Als aas maïs, bonen uit blik/pot, kattenbrokken zowel uit blik als de droge of het bekende Unox Smack lunchvlees uit blik. Kies een lange dobber waar de lijn langs of door kan schuiven zodat hij niet kwijt raakt als de vis door het wier of de waterplanten raast. Je kunt zgn. over-lood vissen met een schuifloodje of gewoon met de loodjes vast op de lijn en de dobber netjes uitgelood. Zorg dat je onder het laatste loodje een 20 - 25 cm lange onderlijn hebt.

Zijn de beten heel voorzichtig ga dan korter zitten zo rond de 10 - 15 cm en zorg dan dat alleen de dunne pen van de dobber boven water uitsteekt. Vis langs de kant tot zo’n 3- 4 meter daar vandaan. Zorg dat je voor de karper niet zichtbaar bent, blijf dus zelf ook weg langs de kant van het water, vandaar die iets langere hengel als dat de meeste karper hengels ( 3,6 meter)zijn. Leg als je gaat vissen op meerdere plaatsen voerplekken aan, voer met maïs, hennep of andere gekookte zaden/granen. Dit is toch wel de meest spannende manier om de karper te belagen, je ziet als het ware via de dobber de karper aan je aas ruiken, daarna de aanbeet door een weglopende dobber. Na de aanslag die kolk in het water en de krachtexplosie die je hengel meteen tot in het handvat doet buigen. Daarna een minuten lang gevecht waarbij jij als je je zaakjes goed voor elkaar hebt als overwinnaar uit de strijd zult komen. Helaas zie je die langs de kant struinende penkarpervissers gewapend met hengel en rugzak steeds minder, terwijl dit toch de hogeschool van het karpervissen is. Ook nog eens de goedkoopste en het makkelijkst te leren, zeker als je al een vaste stok visser bent.

Tegenwoordig is het eigenlijk verplicht om die vast loodmontage te voorzien van een clip waarbij, als het lood vast schiet tussen obstakels, het lood van de montage af kan schieten. (zie bij montages) Of je kiest voor een schuivende montage van je lood, hierbij loopt de lijn vaak door het lood. Ook deze hengels hebben een progressieve of parabolische buiging tot in het handvat. Alleen zal er nu meer kracht voor nodig zijn om dat voor elkaar te krijgen, vandaar die hogere Lbs waarde. Ook hier geldt weer koop 1 hengel om mee te beginnen en staat het karpervissen je aan denk dan eens na over 2 of 3 hengels. Natuurlijk heb je liefst 3 gelijke hengels en molens, zeker als ze samen op je rodpot liggen.

Maar ook hier kun je gaan voor 2 verschillende, 1 voor onder de kant van laten we zeggen 2,25 Lbs en een voor wat verder weg van 2,75. Ga je ook nog wel eens naar Frankrijk of naar wateren waar met meer als 2 hengels gevist mag worden koop er dan 1 van 2,75 Lbs bij. Ideaal hier op is een zgn. baitrunner-molen, maar het kan ook zonder, kijk naar al die karpervissers met een Daiwa Emblem. Als lijn hier, afhankelijk van de obstakels in het water, 25/00 tot 35/00 en een metertje of 150 tot 250 op de spoel. Tegenwoordig zie je steeds meer vissers hier voor een zgn. Dyneema achtige lijn gaan. Deze hebben zeer weinig rek en zijn bij gelijk blijvende sterkte veel dunner.

Dus valt hij minder hard op in het water, heeft minder last van stroming/wind en vist hij dus plezieriger. Ga je voor dit soort lijnen kies dan voor de 15/00 – 16/00 lijn .Wel zijn deze lijnen kwetsbaarder voor schuren over obstakels zoals mosselvelden en steenstort. Dit kun je opvangen door met een langere tube te vissen, lengten van 2 meter zijn dan niet ongewoon.

De ver weg/groot water hengel

Dit zijn hengels die wat langer zijn 3,9 - 4,2 meter en zo’n 3,5 Lbs of soms nog wel zwaarder. Dit zijn haast de zelfde kanonnen als waar onze zeevissers mee op het strand gaan staan vissen. Ook hebben deze hengels meer actie in de top en meer body onder in de hengel. Dit zijn dan zgn fast tapers. Die kracht onderin heb je nodig om de haak te kunnen zetten en om de vis op afstand te kunnen drillen. Hier vis je eigenlijk alleen nog maar met gevlochten lijnen omdat je ook vaak wel meer als 200 meter uit de kant vist en dan niet meer de rek van een nylon lijn wilt hebben, op die afstanden vaak al meer als 30- 50 meter lijn. Als molen hier de formaten molens die ook al aardig op die van de zeevissers gaan lijken met een spoel waar toch al vlug 300 tot 500 meter lijn op past. Ga je voor nylon is 40/00 of 45/00 toch wel het minimum als Dyneema achtige lijn kies je dan 20/00. Ook hier weer de vast of schuiflood montages. Dit zijn toch ook wel de hengels voor de meer gevorderde karpervisser die op de grote rivieren in Nederland vist of op de grote Franse meren zijn karper aan de schubben probeert te komen.

Molens

Tegenwoordig heb je twee kampen in het karperwereldje, zij die gaan voor een zgn. baitrunner en zij die het houden bij een gewone molen. Elk heeft zo zijn voordelen en ook zijn nadelen dus, zou Cruijff zeggen. Ik vis toch het liefst met een baitrunner omdat je daar alles zo lekker op in kunt stellen zodat je als je beet krijgt alleen nog maar hoeft aan te tikken en dan gaat alles van zelf. Vis je zonder moet je dus noodgedwongen met open beugel of bijna zonder slip vissen. Dat wil dus zeggen dat je die ook weer aan moet draaien als je een vis hebt gehaakt. Als ik aan het drillen ben wil ik zo weinig mogelijk aan die slip lopen draaien. Alleen als de vis zich naar obstakels wil begeven kun je er voor kiezen tijdelijk even de slip op max. te zetten om hen daar weg te houden. Ook als de vis onder de top zwemt is het verstandig de slip wat losser te zetten omdat je dan nog maar weinig lijn met rek hebt die de klappen van een vechtende vis op kan vangen. Probeer de hoek tussen hengel en lijn altijd zo rond de 90 graden te houden, dan werken hengel en molen ideaal samen. Is de hoek te klein trekt de vis meer aan de hengel waardoor je meer wrijving krijgt en de slip niet optimaal kan werken. Is de hoek te groot trekt de vis steeds meer aan de molen zodat de hengel niet meer mee kan werken om kracht op de vis te zetten en door zijn buiging ook nog eens de klappen en schokken van de wegvluchtende vis kan opvangen. Een goede slip is een vereiste van een karpermolen. Ga dus voor de betere bekende merken zoals Shimano, Daiwa, Spro, Okuma enz. Kies voor een penhengel een niet te grote molen dit omdat je toch de hel dag met die hengel plus molen rond loopt. Voor het statische vissen kun je best een grote molen pakken. Doordat ook hier de spoel groot is heb je meer lijn die ook nog eens niet zo diep uit de spoel hoeft te komen waardoor je weer verder kunt werpen. Vaak hebben grote molens ook een beter functionerende slip omdat de slipschijven groter zijn. Sommige zweren bij een slip achterop anderen weer voor een voorop. De slip achterop veroorzaakt wrijving via de molenas en die voorop via de spoel ook op de molenas dus erg veel verschil is er niet. Ik vind die slip achterop wel lekker maar ja, heb je een baitrunner bedien je daar dan de sterkte van de vrijloop mee dus dan zit de slip voorop. Een goede molen wil je ook graag zo houden dus er zal ook onderhoud aan moeten gebeuren. Regelmatig eens afspoelen met lauw water, de lijnrol inspecteren op slijtage en nog wel meedraaien. Zo af en toe ook eens een drupje olie en vis je heel vaak dan ook ieder jaar de molen uit elkaar en overal weer schone olie en vet op. Ook regelmatig de slip controleren en zonodig ook daar wat vet op de schijven. Een goede slip moet gelijkmatig de lijn afgeven zonder horten of stoten en ook nog eens makkelijk op gang komen. Het moet dus niet zo zijn dat pas na een flinke kracht de lijn ineens wordt afgegeven, nee de kracht die nodig is moet zoveel mogelijk gelijk zijn en blijven. Test dit dus altijd even bij de aankoop van een molen. Het is erg balen als je nu net die ene mooie kapitale vis verspeeld door een slechte slip of nog erger een slecht afgestelde. Hoe je hem goed afstelt, tja er zijn er die doen het op gevoel door een paar meter lijn van de molen af te trekken, er zijn er ook die een paar meter lijn afspoelen en dan de lijn ergens vast maken en de hengel dan onderspanning brengen. Als de hengel mooi gebogen staat, weer die 90 graden, de lijn op breekspanning is dan moet de molen lijn af gaan geven. Ik vind die laatste methode niet ideaal omdat je met meer meters lijn ook meer rek hebt zodat die ook kan meewerken, hierdoor kan de slip voor het gevoel wat losser staan zodat als de vis dicht onder de hengel vecht de rek dan minder is en de molen dan wat makkelijker zijn lijn afgeeft. Loop je minder kan de vis te verspelen door een onverwachte krachtexplosie van de karper en lijnbreuk als gevolg van nu net die iets te vaste slip. Ik heb hem dus liever iets losser staan en doe dat dus op het gevoel door wat meters lijn van de spoel te trekken tussen de molen en het eerste oog op de hengel. Indien nodig kan ik tijdens de dril als de omstandigheden het vragen de slip alsnog wat vaster draaien. Het liefst kom ik er tijdens de dril niet meer aan, maar soms moet je even een wegvluchtende karper weg houden van palen of dikke rietpollen. De hengeltop naar beneden brengen en daardoor even minder spanning wil er ook nog wel eens voor zorgen dat de karper van richting veranderd en weer obstakel vrij water kiest waar je hem beter en makkelijker kunt drillen.

Lijnen

Ook nu weer alles is er te koop en te keur. Ieder zichzelf respecterend merk heeft wel een speciale karperlijn in zijn assortiment. Toch zijn er een hele hoop verschillen tussen al die lijnen. Er zijn er die zijn hard, zacht, zonder geheugen, veel rek, weinig rek, mat , met een kleurtje enz. Tja en welke moet je nu kiezen? Ik heb persoonlijk een voorkeur voor een wat zachte lijn met niet te veel rek. Ik gebruik de Sufix synergie, de grijze, of de Berkley zeelijn in de zandkleur. Deze hebben niet te veel rek zijn redelijk soepel en ook nog eens slijtvast. Voor het met de pen vissen zou ik gaan voor de zachte lijnen en die met wat meer rek. Je vist dichter onder de kant dus een beetje meer rek is niet slecht. Voor de midden afstanden mag het een wat meer hardere lijn zijn met wat weinig rek. Voor plaatsen met mosselbanken en steenstort een lijn die goed bestand is tegen beschadigingen. Voor de grote afstand zeker een lijn met zo weinig mogelijk rek en ook daar goed bestand tegen beschadigingen. Een verhaal apart zijn de Dyneema achtige gevlochten lijnen. Dun, geen rek en berensterk qua trekkracht. Ter vergelijk een Nylonlijn van 25/00 trekt ongeveer 5 kilo een Dyneema van 25/00 trekt er 15!!!! Helaas niet zo heel erg bestand tegen schuren en schaven, hoewel je tegenwoordig ook lijn hebt met een speciale vlechting en coating waardoor hij ook daar redelijk tegen bestand is. Te denken valt dan aan de Berkley Fireline en Wipslash Pro. Zeker als je op grotere afstanden vist zijn dit fijne lijnen. Helaas ook niet meer overal toegestaan om er mee te vissen, vooral op de betaal wateren in Frankrijk zie je dat ze in de ban zitten. Hier dan omdat door de hoge trekkracht en geen rek de kans op het uit de bek scheuren van de haak groot is en de eigenaars van zo’n betaalwater vinden een vis met een uitgescheurde bek maar niks. Ik ook niet en vis dus ook niet met gevlochten lijn, maar als je de slip niet te strak laat staan is ook dat probleem uit de lucht. Met gevlochten lijn vissen vraagt dus een niet te strak afgestelde slip en voor veel vissers is dat afstellen van wat te strak is nu juist een probleem. Blijf dan lekker bij de gewone nylonlijn, voor de meeste omstandigheden is die nylon gewoon goed genoeg. Leer wel je knopen goed uit je hoofd, dat zijn de zwakke plekken in de lijn. Een slechte knoop verzwakt de lijn wel met 50% een goede knoop slechts 5 – 10%. Ga ook voor een zo simpel mogelijk systeem, veel dingen aan je lijn verzwakken de boel alleen maar. Je hebt ook veel meer kans op wat slechtere knopen dus ga voor simpel. Vis je op een water met veel dressuur ga dan experimenteren met je aas aanbieding. Probeer dan eens een soepele onderlijn of een wat kortere. D rigs en andere mooie rigs kunnen het verschil maken tussen vangen en niets vangen maar ook een andere vorm aas of een stijve of juist weer soepele onderlijn/hair kunnen dat verschil maken. Soms werken zelfs vierkante boilies. Als de beet een dag en nacht weg blijft wordt het tijd om eens wat te gaan proberen. Een toplood kan ook een oplossing zijn omdat de karper vaak lijnschuw is na enkele malen gevangen te zijn. Ook lijnzwemmers worden zo voorkomen. Vaak is het dus zoeken om de juiste methode te vinden om er weer beet in te krijgen. Gewoon eens wat proberen of eens bij de collega vissers gaan buurten. Hoewel tegenwoordig niet iedere karpervisser zijn geheimen prijs geeft, mag je van ons alles weten.

Systemen/Rigs

Natuurlijk kun je ze ook kant en klaar knopen maar ook dan zul je enige kopen zoals de Grinner of Clinch moeten kennen. Begin met de eenvoudige rig al dan niet met verschuifbare hair en raak je meer bedreven probeer dan de combi of reverse rig maar eens. Dit zijn gewoon vangers, kom je op zwaar gedresseerd water zoek dan je heil in al die andere systemen. Tja en dan de onderlijn, ga je voor de helicoptor, de safety bold of toch voor de running rig of in line bold.

Tegenwoordig is de safety bold rig het meest populair. Het voordeel hier van is dat bij een vastloper van het lood de klip los komt en zo de lijn met de vis nog steeds intact is. Het heeft ook mijn voorkeur maar vis je op water met weinig obstakels dan kun je de andere overwegen, aangezien de karper een voorkeur heeft voor obstakels, juist, komt alleen de safety in aanmerking. Nogmaals hou het eenvoudig en je zult zonder problemen je vis vangen.

Haken

Je hebt ze in vele soorten en maten zeker ook voor de karpervisserij. Voor de bolie visserij gebruik je de maten 2 tot 8 waarbij 2 de grootste haak is. Persoonlijk gebruik ik de nummertjes 6 en 8 het meest. Daar kun je iedere karper op vangen en zo’n haak zal de karper niet afschrikken door zijn grote. Voor de visserij met natuurlijk aas ga ik zelfs voor de haaknummers 8 en 10. Je hebt heel veel merken en soorten haaken. Ashima, Gamakatsu, Drennan, Fox en Mustad zijn er zo maar een paar. Ik vis veel met de Ashima’s of de Drennan’s . Van Ashima is de C 310 super carp een zeer goede haak of neem de Drennan Specialist.

Deze haken zijn zeer sterk en blijven goed scherp zonder vlug uit de bek van de karper te scheuren. Ga voor haken die gemaakt zijn van een ronde draad, dan heb je ook de minste kans op uitscheuren. Ook zullen deze niet zomaar uitbuigen. Vis je in obstakel rijk water ga dan voor een haak die gemaakt is van een dikkere draad, heb je weinig of geen obstakels kies een haak van dunnere draad. Je hebt ook diverse speciale haken die al dan niet in combinatie met een speciale rig moeten worden gebruikt. Ook de anti eject haken van div. merken zijn voor een speciale montage of rig bedoeld. Probeer ook hier weer zo simpel mogelijk te denken en te handelen. Ga voor de meest simpele opzet met de geschikte haak. Als je meer ervaring hebt of op wateren met een grote hengeldruk vist ga dan eens wat experimenteren, maar overdrijf het niet.

Piepers

De taak van de pieper is het om je te waarschuwen dat je beet hebt en dat onder alle omstandigheden in weer en wind. Er wordt dus nogal wat van dit elektronische geval verlangd. Hij moet absolute waterdicht zijn, niets is vervelender als een pieper die er in een regenbui mee ophoud. Vraag dus altijd om een waterdichtheids garantie. Je zult maar in Frankrijk zitten met piepers die het na een nachtje met regen het hebben begeven, balen……………. Hier gaan de meeste vissessies door vergald worden het niet waterdicht zijn van de pieper. Nogmaals vraag om de waterdichtheids garantie en meteen reklameren als ze het toch niet blijken te zijn. Goede piepers komen van Fox, Delkim en Knuckle head daar zul je je niet op miskopen. Een instelbare gevoeligheid is ook wel fijn maar geen must. Een nagloeiled is fijn, om te kunnen zien waar maar een enkel heel voorzichtig beetje is geweest. Een instelbare geluidshoogte kan ook fijn zijn maar ook weer geen must, een volume regeling weer wel. Je wilt vissend in een dorp s’avonds niet het hele dorp wakker maken als je een mooie run krijgt toch? Je maakt geen vrienden dan. Een aansluiting voor een sounderbox is ook een aanbeveling, kun je ook eens wat verder van je hengels af je tentje opzetten. Een pieper met draadloze sounderbox verlost je van de lastige draden. Als je met meerdere hengels vist is het wel fijn dat je pieper-leds verschillende kleuren hebben. In het donker vind je dan vlugger de juiste hengel en weet je ook welke hengel de beet heeft en waar je lijn op de stek ligt. Zeker als je met drie hengels vist wel fijn te weten, voorkomt veel ergernis, ellende en knopen.

Een tussendoor kostenplaatje

Je vraagt je nu ondertussen misschien wel af wat gaat me dat dan allemaal wel niet kosten? Nu dat kan best wel meevallen, een zoektocht door de catalogus van een bekende (internet)winkel leverde het volgende op:

Minimale benodigdheden voor de beginnende karpervisser die nog alles moet gaan kopen.

Dit zijn prijzen die gelden voor de instapmodellen van de wat bekendere merken. Heb je een ruimer budget kun je gaan voor de wat duurdere modellen. Bedenk wel dat een goed product geld kost en als de hobby niet aanslaat je altijd nog een leuke prijs kunt vangen voor je tweede hands spullen. Je zou zelfs kunnen overwegen om eens over de div. tweede hands sites te gaan en daar een tweede hands set van een stoppende karpervisser aan te schaffen. Je hebt dan mooi alles in eens bij elkaar. Een beetje kennis van zaken is dan wel gewenst, zodat men je niet iets aan smeert. Van de molens zijn de slip en de lagering belangrijk die zeker testen bij tweede hands aankoop . Bij de hengels goed letten op slijtage van de ogen en butsen in de lak. Misschien is de hengel wel gevallen geweest en heeft nu daar een zwakke plek in het materiaal gekregen, kans op breuk tijdens het onder spanning staan bij een dril.

Ook bestaat er de mogelijkheid om een complete set van 3 hengels compleet in foedraal aan te schaffen.

Het kosten plaatje ziet er dan zo uit

Het voordeel van deze set is dat je 1 hengel (compleet) met rodpod, en een Foedraal extra hebt. Deze setjes zijn vaak samengesteld met eigen merken die de aanbiedende winkel voert. Verwacht er geen wonderen en super kwaliteit van, maar goed genoeg om als beginner met de hobby aan te vangen. Voor de meer gevorderde karpervisser die een nieuwe set aan wil aanschaffen heb ik ook een kostenplaatje gemaakt.

Om toch een beeld te geven wat de ervaren karpervisser die al jaren vist en ook nog wel eens naar Frankrijk gaat uitgeeft heb ik ook een kostenplaatje.

In deze lijst zijn de volgende kleinere zaken niet meegenomen:

Weegschaal, Weegzak, Werppijp, Katapult, Visstoeltje, Tentje, Paraplu, Stretcher, Slaapzak, Zaklamp / Hoofdlamp, Boili naald, Wartels, Top lood, Roeiboot.

Schaf je die dingen ook nog allemaal aan dan ben je zo richting de 4000 euro……

Nog wat toevoegingen

De beginnende karpervisser heeft genoeg aan een weegschaal tot 25 Kg Dit hoeft geen dure te zijn, of je moet tot op 50 gram willen wegen. Een weegzak is niet echt nodig, Je kan ook wegen met je onthaakmat. Er zijn er die er speciaal voor zijn ontworpen. Op een beetje gedresseerd water is het aan te bevelen om toplood te gebruiken. Tenten : Op dit moment is er een trend ingezet door de politie en de BOA’s om korte metten te maken aan “Kampeer” praktijken. Dit houd in dat je tentje groen moet zijn, en hij mag geen grondzeil hebben. Een paraplu met overwrap zou dan de beste en goedkoopste oplossing zijn. Op de markt zijn zeer goedkope hoofdlampjes verkrijgbaar, eentje met ledjes spaart je batterijen en gaat lang mee.

Rodpod

Als beginnend karpervisser kun je een rodpod aanschaffen maar ook gewoon een paar losse banksticks met steunen werkt en kost veel minder als een goede rodpod. Helaas werken die alleen als je een zachte ondergrond hebt. Voor op een harde ondergrond kun je niet om een rodpod heen. Schaf je een rodpod aan dan ga je voor een die stabiel op iedere ondergrond staat. Verstelbare poten is dan een must.

Aluminium is licht maar heeft als nadeel dat de corrosie soms de delen aan elkaar vast plakt en dan schuift het allemaal niet meer zo lekker. Roestvast staal (stainless steel) is veel beter maar weegt ook beduidend meer en je sleept al zoveel mee toch? Tegenwoordig begint men ook rodpods van carbon of andere kunststoffen te maken, deze zijn zeer licht maar moeten zich nog in de praktijk bewijzen. Hoelang blijft bijvoorbeeld de schroefdraad goed en is het materiaal wel bestand tegen het gooi en smijtwerk van een beetje karpervisser?

Je lijn gaat dan ook niet in een bocht staan zodat je een betere beetregistratie hebt. Maar ook een verzwaarde inhanger of een monkey klimber doen het zelfde, deze zijn wel goedkoper. De keuze is aan jouw ze doen allemaal het zelfde, hoewel ik een voorkeur heb voor swingers je weet wat ze doen en gaan nooit ergens tussen zitten. Fox heeft hele mooie swingers.

Aas

Hele boeken zijn alleen al hier over geschreven. Tja en voor de beginner is het al net zo erg als met de hengels of molens, er is zo veel van te vinden dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Als je het simpel houd is het eigenlijk heel makkelijk. Ga voor een kant en klare boilie en als je met natuurlijk aas wil vissen neem je gewoon maïs uit blik, al dan niet gezoet. Ja en welke bolie moet ik dan nemen hoor ik je denken, nou dat hoeft ook niet moeilijk te zijn. Zoete boilies vangen altijd, dus ga voor aardbeien of banaan, scopex is haast ook altijd goed. Houd je meer van een wat natuurlijker boilie denk dan eens aan boilies met smaken van graan/bonen soorten of pinda achtige. Daar zit vaak ook nog eens een olie achtige stof in, dus goed in voor en najaar. Je hebt natuurlijk ook erg veel verschillende merken waar je uit kunt kiezen. Welke moet je nemen? Ik persoonlijk heb erg goede ervaringen met bolies van Ocean Fresh, Nash en Mosella.

De eerste zijn prijzig maar die Mosella’s zijn heel betaalbaar. Je kunt ook nog eens je pellets of gewoon een grondvoer in de zelfde smaak als je bolies bij Mosella kopen. Helaas zijn ze niet overal te koop. Via het internet en dan vooral bij Duitse winkels is er goed aan te komen. Een aanrader die Mosella spullen. Je kunt je bolies natuurlijk ook zelf gaan maken, daar zijn zeer veel verschillende mixen van te koop en ook een gigantisch aantal ingrediënten. Ook hier is weer alles mogelijk op smaak gebied experimenteer er gerust op los. Overal op het internet kun je wel mixen en recepten vinden die je aanstaan. Ook zul je daar precies vinden hoe je bolies te maken. Ik ga voor de kant en klare boilies dus bewaar de vrede met mijn vrouwtje door de keuken niet te bevuilen en met extreme geurtjes te vervuilen. Voor het natuurlijk aas hoef je dus helemaal niet moeilijk te doen, die al dan niet gezoete mais zijn altijd vangers. Wil je iets anders zijn tijgernoten of pinda’s misschien wel de vanger. Kook die pinda’s wel minstens 2-3 uur want anders heeft de karper er later veel last van met misschien wel de dood tot gevolg.

Dat geld eigenlijk voor al het zaad/bonen goed, goed door laten koken is nooit verkeerd. Wat je wel kunt hebben met dat wat kleinere aas is veel last van dikke brasem of voorns. Maar elke vis die je vangt is leuk toch? Het houdt je lekker bezig en zeker overdag niets mis mee. S’avonds natuurlijk wat minder vandaar dat ik dan overschakel naar een boilie met ook een smaak die lijkt op wat ik aan zaad goed heb gevoerd. Hoewel dat niet altijd hoeft hoor, want is de karper op je voerplek dan pakt hij ook wel een bolie die anders van smaak is. Ik heb het idee dat veel karpervissers tegenwoordig het simpele vergeten en alleen maar gaan voor heel moeilijke montages en aassoorten. Houdt het dus simpel en je zult zien dat je ook daar mee vangt, zeker als iedereen maar met die “rare dingen” vist. Een gekookte aardappel of een stuk roggebrood kan wel eens datgene zijn wat vangt als geen ander omdat niemand er meer mee vist. Experimenteer er gerust op los, ik heb in mijn begintijd met van alles gevist, zelf gemaakte deegjes met de meest rare dingen erin en er ook mee gevangen. Alles wat eetbaar is kun je gebruiken en misschien is nu net dat ene ingrediënt wat niemand gebruikt de vanger van het moment.

Overnachting

Als je meerdere dagen aan een water wil verblijven zul wel haast een tent of een paraplu met overwrap moeten nemen. Helaas zijn er wetsdienaars die het vooral op karpervissers met tentjes hebben gemunt. Dit dan omdat je niet mag kamperen op niet camping plaatsen en ja een tent aan het water is geen campingplaats volgens die heren. Jammer maar in zo’n geval kun je gaan voor de tent zonder grondzeil of de paraplu met overwrap aangezien deze niet als tent worden gezien. Raar wereldje dat wel. Een goede tent moet natuurlijk bescherming bieden tegen regen en wind. Hij mag van een camouflage kleur zijn voorzien maar meestal zullen ze effen groen zijn. Ook dan valt het tentje niet zo op langs de waterkant en dat vinden die wetsdienaars weer wel een goede zaak. Maak ook geen herrie en nuttig niet te veel bier of andere drank, wees voorzichtig met open vuur. Er zijn veel verschillende kwaliteiten tenten. Verwacht geen super kwaliteit van een tent van 100 Euro. Deze is goed om wel een aantal overnachtingen per jaar langs de waterkant te maken maar ga je heel vaak kun je iedere twee jaar een andere kopen of gaan voor een kwaliteits tent van bv Fox of Nash, Deze zijn wel prijzig maar je hebt wel een tent die 5-6 jaar vissen zonder problemen overleeft. Stel U goed op de hoogte, bij de plaatselijke visvereniging, wat nu wel en niet mag aangaande het gebruik van tenten, paraplu's enz. langs het waterwaar je dan vist. Natuurlijk slaap je in zo’n tent niet op de grond maar lig je minsten op een luchtbedje of een stretcher. Een zespoots is wel lekker loop je niet het risico zo snel om te kieperen. Ook hier weer verschil in prijzen en kwaliteit. Een heel goede komt van JRC of ook weer van Nash of Fox. Natuurlijk slaap je in een slaapzak en vis je alleen zomers mag dat best een dunne zijn. Als hij je warm houd tot 6 graden is het voor de zomer wel genoeg. In het voor en najaar willen de nachten nog wel eens koud zijn en dan is er een die tot -10 gaat wel lekker warm. Daar zijn de prijzen natuurlijk wel weer naar, maar ook met een dunnetje met wat extra wollen dekens, bv die van een legerdump, zijn zeker ook zo warm. Een goed warmtepak kan je ook een hoop kou besparen, ook nu weer veel verschil in prijzen en kwaliteit. Het summum is een pak van Browning in camouflage kleur zo een als de jagers ook gebruiken, wind en waterdicht door het gebruik van Gore-tex en ook nog eens gevuld met een goede kwaliteit vezels die je lekker warm houd. Een nachtje daar in moeten slapen is ook zeker geen schande kun je zonder slaapzak wel een paar nachtjes vol houden. Maar voor een beginnend karper vissen is dat allemaal luxe en deze zal dan ook gaan voor slapen onder de paraplu op een luchtbedje of als het mooi weer is gewoon in de open lucht. Zo ben ik ook begonnen, een goede anti muggenstift is dan wel bittere noodzaak.

Tot slot nog een lijstje, van wat er bij een meerdaags visreisje naar Frankrijk komt kijken zie je hier onder. Een stationcar vol spullen neem je zo maar mee.

Dit is een lijst met benodigdheden als ik met mijn maten naar Frankrijk ga. De lijst bevat 4 extra kolommen die ik samen met mijn maten invul. We willen namelijk niet alles dubbel meenemen. Tevens kan je deze kolommen gebruiken om af te vinken of je het al ingepakt hebt. Ik zal heus wel iets vergeten zijn, maar dit moet iedereen maar voor zichzelf verder aanvullen.

Ik (Jo van Rens) wil mijn ervaring delen met derde wat karper vissen betreft. Op mijn 8 ste kreeg ik mijn eerste vis hengel (wat was ik blij ) maar een hengel hebben is pas het begin nu de rest nog. Het begin van mijn ervaring was net als iedere beginner, in gooien en we zien wel wat er aan zit. Pas naar mate je wat gaat vangen wil je meer weten en grotere vis vangen. Als dat zo is weet je dat het vissen je in je bloed zit.

Na een aantal jaren van iedereen na te doen begin je, je eigen methode te ontwikkelen en weer veranderen tot je, je draai heb gevonden en goede resultaten boekt. Dan wil je alleen steeds groter en groter was mijn in stelling, maar wat mij ten oren is gevallen is als je groter en groter wil gaan vangen is het ook nog eens een uitdaging om lichter en lichter te gaan vissen en hoe soepeler de hengel hoe meer je het gevoel hebt dat je de vis gaat begrijpen betreft de bewegingen die hij maakt of gaat maken en dat is de uitdaging van het vissen.

Mijn motto als visser moet je de vis even veel kansen geven als jij als visser van de vis wil krijgen.

Maar nu het karper vissen, ik kom uit Limburg en daar hebben we mooie wateren liggen zowel de particulieren vijvers als de maas en zijn vertakkingen ( grind gaten ). Even over de particulieren: vijvers je moet er van houden je vangt hier afwisselend, gezien de dieptes en de grote van de vijvers.

Hier is naar mijn mening het probleem is al die mensen die in de zomer hier vaste vissers zijn te veel voeren dus je krijgt overvoeding en minder kwaliteit water dan nog dat de vissen te vaak gehaakt worden ( en naar mijn spijt niet op een juiste manier behandeld worden) en langer niet bijten.

Maar dit alles is weer per particulieren vijver anders, ik ken er zelfs een die is perfect die ligt in Tegelen daar zit zelfs steur tot een kleine meter groot dat wil toch wat zeggen van het water kwaliteit.

De maas een hele mooie rivier met vele mooie plekken / stekken maar dat kan ook niet anders met een zo lange rivier. Aan de maas mag je toch wel met wat grammen lood 150 gram met of zonder ankers vissen gezien er veel stroming staat. Je gooit je lood in het water en het gaat toch een stuk met de stroming mee tot het blijft liggen achter een steen meestal. Maar dat is net als aan de zee ken je stek en plek. Het is wel aan te raden twee a drie dagen te gaan voor voeren zo vergroot je de kans meer dat je goed vangt en de grotere kunt vangen het voer dat je gebruikt dat is wat je zelf wild gebruiken dat kan bolies deeg soorten maïs brood overgebleven chinees van twee dagen oud die met deeg mengt of een lekker stukje frikadel hier mee wil ik zeggen het kan met de karper nog zo gek nog niet gaan. Als je ernaast nog met een voer korf vist is het voor de vis wel aantrekkelijk als je in het voer korfje en aan de haak iets anders doet versterkt zo meer soorten geur en dus verleidelijk voor een nieuwsgierige karper. Dus je hebt alle mogelijkheden aan de maas maar bij veel stroming die nog eens versterkt kan worden door de grote boten die langs komen.

En als laatste de grind gaten die zijn het zelfde als aan de maas, alleen is er geen stroming maar weleen groot aantal verschillende dieptes dus een verkenning van de verschillende laagtes en hoogtes

Kan de kans vergroten om je vis sessie met tevredenheid af te sluiten. Al moet ik toe geven dat ik dat zelf niet erg goed heb gedaan gezien in niet beschik over een diepte meter. Ik heb zo mijn eigen manier gewoon met lood en mijn draaien tellen zo kom ik een beetje in de buurt Zelf vis ik niet op al te diepe dieptes maar ik probeer op zo;n 5 meter diepte vissen kan ik ook een preciseren voerplaat maken. Maar al goed dit zijn mijn meningen het karper vissen zo beleef ik het en met veel passie.

Maar wat het belangrijkste is is dat je met respect doet vissen en vis doet vangen.

Dan nog even over mijn karper uit rusting, wat gebruik ik zo allemaal.

Ik gebruik een standaard karperhengel 3.5 meter of een 2.75 meter en een lichte molen met 30/00 nylon er op lood varieert van 30 gram tot 150 gram. Ik heb een rodpot met piepers maar die gebruik ik alleen s;avonds over dag heb ik een enkele steun met een losse verklikker er aan, ben je tenminste verplicht op te letten en maakt het tevens ook nog een beetje spannender. Wat belangrijk is is goed onthakings materialen en een onthakings mat ( of een gras oppervlakte) om beschadiging te voor komen. Wat klein materiaal zoals haakjes, extra lood, nylon, voerkorf en een dobber kan ook een leuk effect geven en verschillende voer soorten. Een handdoek is ook nooit weg. 

Als ik weer eens ga karperen dan laat ik het weten en hopelijk met wat leuke foto's er hopelijk bij.

Groeten van uit Limburg van Jo en Sonja

1987…….dat waren mooie jaren op de spuiboezem,geen grote biggen maar de hoeveelheid die je op het eind van de dag toch vermoeid maakte.
Ik werd lid van W.S.V.Reimerswaal die dat water samen met het Spanjooltje pachtte
De bijna 30ha groot water bied ruimte voor witvissers en karperaars.
In die tijd werd er veel 8 tot 10 ponders gevangen op top dagen wel 30 stuks per dag.
Soms stond je met 2 hengels tegelijk te drillen ,onvoorstelbaar.

Ik heb daar veel gevist en gevangen met een stukje gezoete aardappel, die kookte ik toen met wat vanille suiker, werkte zeer goed! En met het oude vertrouwde gezoete maïs.
Een voer plek maakte ik van verpakte brasem voer met daarin voor geweekte hennep, wat ik nu nog steeds gebruik.

Maar echte grote karpers zwommen er toen nog niet in dat water, 18+ pond was die tijd een flinke karper. Maar de rust en de mooie omgeving dat telde toen ook nog mee.
Dat is nu wel anders, op afstand bediende vliegtuigjes scheren over je hoofd en de schiet- vereniging knalt er ook behoorlijk op los vooral in het weekend. Maar ja, ieder zijn hobby en zo behoort het ook te zijn

Mijn top jaar op de Spuiboezem was de zomer van 2004. In een week tijd heb ik 4 karpers van 20 pond gevangen 1 karper van 25 pond en als klap op de vuurpijl een 30 ponder. Naar mij weten is dit de zwaarste karper die daar rond zwemt.

Maar terug denkend over die tijd, was het net zo spannend als nu. Het hoef niet altijd even groot en zwaar te zijn, als je maar plezier hebt in je hobby.

W.van den Akker

Prachtig gelegen tussen de Bergse Plaat en het Schelde-Rijn kanaal ligt de Binnenschelde. Het water wat bekend staat als Witvis- en Snoekwater. Karperen werd sporadisch gedaan. Men sprak wel over grote karpers die aan het paaien waren, maar toch durfde niemand het aan om lange sessies te maken. Het was een vriend die mij aanspoorde om het daar eens te proberen. Ik heb toen maar mijn stoute laarzen aangetrokken om daar eens een kijkje te nemen.

Daar aangekomen kreeg ik ook het gevoel ´ja, groot onbekend water´! Waar moet je nu beginnen? Je kan er helemaal rondlopen, maar dan ben je wel even bezig. Na lang overleg met mijzelf heb ik toch een stekje gevonden. Omdat mijn gezondheid te wensen overlaat heb ik een plekje uitgezocht niet ver van de weg. Hierdoor maak ik ook gebruik van een viskar om alles te vervoeren. Ik hoop dan ook dat dit stekje niet gauw in beslag zou worden genomen. Maar waarmee een stek opbouwen? Boilies? Dat zullen ze nog niet kennen. Weet je wat, ik probeer het gewoon op de oude manier mais, tijgernoten en hennep. Zogezegd, zogedaan.

Ik ben beginnen te voeren op 7 maart ’05, om de andere dag. Kleine hoeveelheden, want het water was nog erg koud 7 a 8 graden. Afwachten dus! Je ziet ook nog niet veel vertrouwen, groot onbekend bekend water, onbekend voor de karpervissers en bekend voor wandelaars en trimmers uit Bergen op Zoom en omstreken.

Op 19 maart ‘05 de eerste visdag aan de Binnenschelde van 9.00 – 14.00 uur gevist, om 12.00 uur een aanbeetje gehad op een tijgernoot. Dat is hoopvol. 20 maart gevist van 9.00 – 16.00 uur. Veel aanbeten, maar geen vis! Twijfelen?? Nee!! Morgen maar weer proberen. Op 21 maart om 9.00 uur was ik er, goed weer voor de tijd van het jaar. Die morgen toch een paar kleine aanbeten gehad. Toch brasem? Ik viste met een combi mais/tijgernoot. ´s middags was het behoorlijk aan het opwarmen. Om 14.00 een run, YESSS!! Pakte mijn hengel, vrije loop dicht, hangen!! Het was geen spectaculaire dril, maar toch! Ik voelde dat het een mooie karper zou worden, misschien wel 18/20 pond? Na goed 10 minuten zag ik een glim. Spiegel!! Moooii!! Hij was behoorlijk zwaar. Wegen! Ruim 27 pond spiegel een prachtbeest. Gauw een paar mensen gebeld om foto´s te maken. “Zitten die hier ook”, nooit geweten zeiden ze. Ik dacht nee, ik ook niet.

Deze dag kon niet meer stuk. Ik heb deze spiegel “de markies” gedoopt. Dat is hij zijn naam wel waard, zo´n mooie vis.

spiegelkarper 27 pond

Twee dagen later om 11 uur een run, 15 minuten later een pracht schub 22 pond met een deukje in zijn rug. Dat werd, je snapt het al “de deuk”.

"De deuk" 22 pond

Vrijdag 25 maart, het was mistig en koud. Toch maar proberen. Ik zou er geen spijt van hebben. Drie schubkarpers van 14-17-25 pond.

25 pond

Daarna ben ik nog 2 keer geweest, nog een van 11 en 14 pond gevangen. Nog even meegenomen voor mijn operatie in Rotterdam, dan lig ik een paar weken eruit. En dan met goede moed op jacht naar grotere/zwaardere karpers op dit water. Het is inmiddels 15 april geworden, naar omstandigheden was de operatie goed verlopen. Weer karperen! Die dag een van 14 pond en een van 21 pond gevangen allen schubs. Een paar dagen niet geweest en ook niet gevoerd. 19 april, het was 12.30 uur een run, hangen! Een schub, het is niet waar hè. “De deuk” maar wel op 23,5 pond in 4 weken flink aangekomen.

"De deuk" 23,5 pond

Ik heb ondertussen 19 karpers gevangen. Het is een schitterend onbekend, bekend water. Ik wens jullie ook veel visplezier op dit water.

2 dagen later ving ik een hele mooie 29 en 28 ponds schub. Op naar meer!

Putte 07-05-05
W. van den Akker.

Na velen uurtjes te hebben versleten op verschillende putten in en rondom Bergen op Zoom, wilden wij wat anders gaan proberen. Dus we gingen op zoek naar een leuke put waar ook naar horen leuke vis zat. Na veel zoeken op het internet, in magazines, kaart van Nederland en veel rond rijden op zoek naar wateren. Hebben we toch ons water gevonden. Toen dit alles al bekend was duurde het nog 2 maandjes voor we gingen……

Het was eindelijk Juli!! Morgensvroeg staat Thijs aan de deur klaar voor vertrek. Na nog een bakje koffie en mijn auto te hebben geladen, waren we klaar voor vertrek.
Thijs wist precies de weg, hij was al eens in zijn pauze gaan kijken. Toen we waren aangekomen, meteen alles opgezet en de boot opgeblazen. Eerst even de tent opzetten, alle spullen erin, en met de boot het water op. We waren het toen eens geworden over de stekken en hebben toen meteen gevoerd. Weer terug aan de kant gekomen hebben we de spullen maar eens verder opgezet.

Thijs ging eerst uitroeien, na een half uur lagen zijn spullen klaar voor vangst ;-) Een uur later was gewoon kwestie van wachten….Het was nu uurtje of 12, tijd voor het eerste pilsje in de zon. Het was geweldig weer. Op onze stretchers lagen we lekker te genieten van de zon. Wat wil je nou nog meer, lekker koud pilsje, zon en vissen. Zo nu en dan kwamen er wel eens wat mensen buurten, en vertelde ons dat hier al grote mannen waren uitgehaald. Eerst zien dan geloven!

Het was al een uurtje of 10 nog 1,5 uur en we moesten de spullen binnen halen, we mochten hier helaas niet nachtvissen. Het was 22:10 en de linker hengel van Thijs ging lopen, ons geluk kon niet meer op!! We renden het water in. En HANGENNN!!

De eerste vis was binnen, gelijk had Thijs zijn record verbroken het was een mooie schub van 31 pond. De eerste dag was voorbij, na nog een paar uur te hebben gepraat over de vangst en wat pilsjes gingen we maar eens slapen.

Volgende morgen 07:00 Thijs maakte mij wakker, tijd om te vissen!! Thijs was zijn hengels aan het uitroeien. Ik kwam op me gemak uit me bedje, eerst een bakje koffie. Thijs was ondertussen alweer terug aan de kant. Om goed half 9 waren we beide weer helemaal gereed voor vis. Dezelfde middag kwam een maatje van ons gezellig langs op de motor. Hij was toch al van plan te gaan rijden door het mooie weer. Die middag hebben we een beetje gezwommen en lekker genoten van de zon. Het was etenstijd!! Die avond hebben we heerlijk geBBQt. Die hele dag hebben we geen piep gehad, helaas. Morgen weer een dag. Ook deze dag hebben we zoals elke dag afgesloten met een aantal lekkere koude pilsjes.

Het was woensdag nog 1 hele dag vissen voor vertrek. Nadat de hengels weer inlagen, zijn we lekker op onze stretcher gaan genieten van de zon aan de waterkant. Deze middag hebben we ons weer prima vermaakt. Het was rond een uur of 6….
In eens ging de linker hengel van thijs weer lopen! Dus we renden beide weer het water in en ja hoor!!!! Thijs had weer vis!! Na een minuut of 15 drillen gaf de karper zich toch over. Ik moest hem wegen. We wisten wel zeker dat deze zwaarder was als zijn voorganger. Ik had de unster in me handen en vroeg aan Thijs wat hij ervan dacht. Hij zei niets hij wilde het gewoon meteen weten. Nou Thijs dit geloof je nooit hij weegt 36 pond!!! Thijs had gewoon weer zijn PB verbroken een schitterden schub van 36 pond!

Ook deze avond was weer zeer geslaagd. Rond uurtje of negen zei Thijs: “En nu ben jij aan de beurt!! “ En nog geen 10 minuten later ging mijn hengel lopen. We keken mekaar aan en schoten in de lach. Rende beide het water in en ja hoor, ook Danny stond te drillen. Het was zo mooi het was stil water en ook in de omgeving was het stil, we hoorde de vis springen en keken mekaar aan. Ook mijn vis was geland. Ok, Thijs kreeg de eer om hem te wegen…. Hij keek mij aan, schoot in de lach…Hahaha 37 pond 1 pond zwaarder dan mij! YES!!!!!!!! Ook ik heb mijn PB verbroken en DIK verbroken.

We hebben deze avond onze vangsten nog eens goed bekeken en besproken. We feliciteerde elkaar, en hebben deze avond gevierd met ………………..Weer een lekker koud pilsje! De laatste dag was helaas alweer aangebroken. We konden helaas niet langer. Vanavond zou ik op vakantie gaan naar Tenerife voor 12 dagen. We waren vroeg opgestaan. Toch nog even de hengels uitgeroeid. Werd maar eens tijd dat we de tent alvast gingen afbreken. Rond een uurtje of 2 waren we klaar voor de terug reis. We hadden nog even een bakje koffie genomen. En waren klaar voor vertrek.
We waren nog geen 10 minuten aan het rijden en we kregen een gigantische plensbui!! Wat hebben wij een geluk gehad, die 4 dagen was er geen druppel gevallen :D. Dit was onze belevenis van 2004, ook dit seizoen gaan we nog eens terug voor 5 daagjes.

Met vriendelijke Groet Danny Loch

Algemene informatie bij:

www.spanjooltje.nl

Viswater 1: Spuiboezem te Bath ± 30 ha
Straat: Bathseweg / Brugweg
Plaats: Bath (zie Rilland)
Postcode: 4411 BA
Vissoorten: Aal, blankvoorn, brasem, karper, kolblei, snoekbaars en winde.

Viswater 2: Toevoerleiding van de Spuiboezem – Bath (polderwater ± 20 meter breed)
Straat: Brugweg
Plaats: Bath (zie Rilland)
Vissoorten: Aal, blankvoorn, brasem, karper kolblei en winde

Viswater 4: Bufferbekken – Kreekraksluizen ± 50 ha
Straat: Oostelijke Schelderijnweg / Markiezaatsweg
Plaats: Rilland