Vliegvis Vraagbaak
 

Vliegvissen staat tegenwoordig duidelijk in de belangstelling en al meer sportvissers zijn geïnteresseerd in de mogelijkheden van het vliegvissen. Er worden daarom veel vragen hierover gesteld. Wij hebben Bert Schouten bereid gevonden om al uw vragen op vliegvisgebied persoonlijk te beantwoorden. Bert beoefend het vliegvissen al ruim 25 jaar en heeft een enorme kennis van alle mogelijke materialen en vistechnieken. Hij is Nederlands Kampioen vliegvissen en tevens de captain van het Nederlandse Europese- en Wereldkampioenschapsteam. U kunt uw vragen per mail insturen en u ontvangt zo snel mogelijk antwoord op onze pagina LET OP ! De nuttigste vraag van de week ontvangt gratis een vliegendoos met een aantal door Bert ontworpen vliegen. De vliegen zijn speciaal gemaakt door John Kempeners. Wij hopen u met deze rubriek weer een stukje service op maat te kunnen leveren.

 
 

Stel hier uw vraag en u krijgt zo spoedig mogelijk antwoord. Stuur uw vraag in naar info@rondomdedelta.com

 
 

Groeten van Team Rondom de Delta en natuurlijk van Bert Schouten.

Vraag van Tonny
Best Bert
 

Ik zou graag willen weten hoe je op de Roofblei moet vissen. Graag zou ik ook wat voor soort vlieg je daar voor gebruikt.

Hiebij wil ik je bij voorbaat danken. tonmathijssen@hotmail.com 

Beste Ton,

Sorry, dat je antwoord wat langer duurde dan normaal maar ik heb goed nieuws voor je. De roofblei is ondertussen aan het jagen. Als materiaal gebruik je het beste een vliegenhengel lijnklasse 7/8 liefst een 10 ft (3mtr) ivm het menden (controleren van de Lijn) Een drijvende lijn is goed bruikbaar en met behulp van een aantal polyleaders van verschillende types(drijvend, intermediate en sinking) met de lengte van 10ft kun je eenvoudig aanpassen aan de omstandigheden. Als leaderpunt is 25/100 een goede uitgangsbasis. Voor kleinere vliegen kun je terug naar 20-22 en voor grotere vliegen en natuurlijk grotere roofblei is 28-30 niet overdreven. Als vliegen worden streamertjes gebruikt die een visje imiteren. Vooral van Polarfibre (synthetisch streamerhair)is dit gemakkelijk. Wit met blauw en wit olijf zijn goede kleuren. Denk aan de opvallende oogjes en je hebt een vanger.  Ook schoepvliegjes zijn populair omdat ze een onweerstaanbare trilling veroorzaken. Gebruik een sterke haak.

Bekende roofblei wateren zijn de Maas, de Waal en de IJssel.

Tactiek, Inwerpen vanaf een krib of langs een krib en de stroming het werk laten doen. Een grote containerboot wil nogal eens helpen voor wat extra interessante onderstroming. Wel je lijn goed menden en enigszins contact houden met de leader.

Deze methode is in opkomst. Voorheen werd er veel geworpen en snel binnen gestript. Dit kan zeker ook vis opleveren maar de vlieg is minder lang effectief in het water. Verder geeft de wervende stroom vanzelf een mooie actie aan het hulpeloze prooivisje/streamertje.

Er zijn een aantal sportvissers overgeschakeld op een 2 handige vliegenhengel om de drift nog beter te controleren. Gooit gemakkelijk een grote afstand en drilt super.

Veel succes.

Bert Schouten

Vraag van Hans

Hallo Bert,

Mijn vraag is als volgt: Heb je ooit op zeebaars gevist, hier in Nederland bedoel ik dan, zo ja: waar en hoe. Ben heel benieuwd

Ik lees het wel. B.v.d. voor je antwoord!!!

Groeten, Hans

Hallo Hans,

Zeebaarsvissen is een fantastische visserij met de vliegenhengel en dankzij de global-warming zal de populatie voor onze kust nog wel even toenemen. De visserij in Noordholland splitst zich in de visserij rond het sluizencomplex van IJmuiden,  het strandje aan het begin van de Noordpier en de visserij op de strekdammen. De beste strekdammen hiervoor beginnen bij Calantsoog tot aan Den Helder. Veel kleine baars lijkt een vaste plaats in te nemen rond het sluizencomplex en de Noordpier. Hier is dus gemakkelijk een zeebaarsje te vangen. En er lopen echt wel grotere baarzen tussendoor. Voor de kans op een grotere zeebaars adviseer ik de strekdammen te bevissen. Als materiaal een strakke zoutwaterbestendige hengel in de lijnklasse 7,8 of 9 en een grote zoutwaterbestendige reel. Als vliegenlijn een zinklijn met een drijvende runninglijn, een zinktiplijn of een Intermediate, eventueel glaslijn met op de punt een zinkend polyleadertje. Zomers is het mogelijk om met de drijvende lijn en poppers of streamers op of net onder het oppervlak te vissen. Leaderdikte 25-30/100 bij voorkeur fluor carbonlijn. Dit is als basis een goed uitgangspunt. Tijdens je visserij kan je nog individuele aanpassingen doen. maar dat is het mooie van vissen.

Heel veel succes,  Bert Schouten.

Vraag van Adriaan

Hallo Bert,

Ik heb vorig jaar op de Rio-show bij jou een Ross-reel Rhytmm 3 gekocht. Is hier ook mogelijk om een extra spoel voor te krijgen voor een 8 lijn of past deze Spoel hier niet op.

Met vr.groeten Adriaan.

Antwoord voor Adriaan,

Sorry maar een grote spoel past niet op een klein frame. Zelfs van Ross niet.

Groeten van Bert

 
Vraag van Mick

Hallo Bert,

Ik ben Mick en sinds enkele maanden geleden heb ik via deze site een voor mij nieuwe visserij ontdekt, namelijk het roofvissen en de bellyboat. De eerste keer was ik met veel te zwaar materiaal aan het vissen en ben in een snel tempo afgebouwd naar lichte visserij met een van spinhengel 1,65mtr en 1,50mtr wrpgew 1-7gr.(vliegvissen zal waarschijnlijk nog iets lichter zijn?)

In de toekomst wil ik wel eens proberen tijdens de gesloten tijd met de vlieg op baars/snoekbaars, hier of daar kan ik wel aan vliegen geraken maar wil ze ook wat verzwaren zodat ze iets sneller zinken. Mijn vraag is dan ook hierover; hoe kan je op de beste manier een vlieg verzwaren voor deze visserij?

Ik dank u voor het beantwoorden van deze vraag.

Met vriendelijke groeten Mick

Antwoord van Bert Schouten
Hallo Mick,
 
Ten eerste bedankt voor je snelle reactie op deze nieuwe rubriek. Leuk dat je voorstander bent van licht vissen, het geeft veel visplezier maar ook topsport aan je hengel. Vliegenhengels zijn ideaal voor diepbuigende actie. Voor het vissen vanuit een bellyboot op baars en snoekbaars raad ik aan om een hengel in de lijnklasse 6 of liever nog 7 te gebruiken. Hoewel baars op sommige plassen goed te vangen is met oppervlakte-poppertjes is de visserij langs de bodem zeker voor de snoekbaars veel effectiever. Het beste kan je dan gebruik maken van een snel zinkende lijn bijvoorbeeld een Rio DC 200 of een Teeny 200. Dit zijn lijnen met een sterk zinkend voorgedeelte van ongeveer 8 mtr. met daaraan een dunne  drijvende volglijn. Aan deze lijn wordt een stukje van 1 mtr nylon geknoopt of gelust van ongeveer 20-25/100. Een stuk Fluorocarbon lijn van bv Froghair is helemaal perfect. De vlieg ofwel streamer die ik je adviseer voor de snoekbaars is een haak maat  1/0 aberdeen voorzien van fel gele maramou. De verzwaring maak je het beste met dumbel oogjes. Dit is een diabolo vormig stukje lood of messing welke je achter het oog op de haak kan binden. Als je dit aan de bovenzijde van de haak bind zal de haak ook met de punt omhoog gevist worden net als een erie jigkop bij het vertikaal vissen. Voor baars adviseer ik witte of zwarte marabou vliegen met eventueel wat rood in de staart. de haakmaat mag wat kleiner bv maat  4-6. De baarsvlieg hoeft niet extreem verzwaard te worden. Een paar holle kettingoogjes is al genoeg om de haak weer met de punt omhoog te kantelen.
 
Vistechniek. Lijn rustig met een klein worpje uitwerpen. De lijn verlengen van de reel zodat deze  gunstig kan afzinken en rustig naar achteren flipperen. De lijn tot de bodem laten zinken eventueel tellen hoeveel seconden en dan een zagende beweging maken met de lijnhand. Voor snoekbaars moet vaak langzaam worden bewogen maar baars moet vaak getriggerd worden door een plotselinge versnelling. Begin met deze techniek op niet te diepe plaatsen om de controle te behouden. Dieptes tot maximaal 7 meter zijn al een uitdaging. Een dieptemeter op de boot is een goed hulpmiddel. Bij een aanbeet de hengelhand even kort naar achteren bewegen waarbij tevens de lijnhand de lijn aanhaald is genoeg om succesvol de haak te zetten. Dril de vis zoveel mogelijk van je boot af want anders kan de lijn om je flippers slaan. Let op bij het landen dat de hoek van de vliegenhengel ruim blijft anders kan breuk optreden. Gebruik haken zonder weerhaak en onthaak de vis in het water. De langstelige haak kan vaak gemakkelijk worden losgewipt.
 
Zoals je hebt gelezen is het essentieel dat je de materialen goed aan de omstandigheden aanpast.
 
Heel veel succes,
 

Bert Schouten

Naschrift; antwoord op de vraag van Mick:

Wij ontvingen een reactie dat het vissen in gesloten tijd op roofvis niet echt fair is. Natuurlijk mag je officieel in de gesloten tijd met kunstaas tot 2,5 cm vissen, wel is de vraag of dit ethisch verantwoord is. In het beantwoorden van de eerste vraag in deze rubriek was ik zo enthousiast met het technisch beantwoorden van de vraag dat ik niet goed gelezen had dat Mick specifiek alleen in de gesloten tijd wilde gaan vissen. Normaal zijn de kunstvliegen die we voor baars en zeker voor snoekbaars veel groter dan de 2,5 cm. Hoewel de kans op een baars of snoekbaars op een trosje maden dat voor witvis was bedoeld groter is dan een kunstvliegje van maximaal 2,5 cm  is het idee van bewust met een alternatief op roofvis te vissen in de gesloten tijd dubieus. Een opmerking hierover is dus op zijn plaats. Bij deze dan.

 

Bert Schouten

 

 

Ierland moeilijk?!

Even helemaal weg! Dat is zo’n reclamespreuk die de meeste van ons wel eens gehoord zullen hebben, als je dat als vliegvisser eens wilt doen, heb ik misschien nog wel een leuke suggestie.
Waarschijnlijk zullen vele er al wel eens over gedacht hebben; maar ga eens naar Ierland. Ik weet dat er vele collega-vliegvissers dit plan wel eens opgevat hebben om er naar toe te gaan, maar het vaak toch te moeilijk vinden en denken dat men er alleen op de grote meren in het noordwesten zoals Lough Corrib en Mask kan vissen, of zalmvissen op de bekende rivieren.
Maar in mijn ogen is dit een grote misvatting, de afgelopen jaren ben ik een aantal malen op dit groene eiland te gast geweest, en echt iedereen, dus ook de beginnende vliegvisser kan hier reuze veel lol beleven aan zijn of haar favoriete sport. Ik moet wel zeggen dat ik een goede basis heb gehad, door de eerste keer met de helaas niet meer bestaande Belgische organisatie “Wickham’s Fancy”te zijn mee geweest met o.a. begeleiding van Bernard Flahou (hoofdredacteur van de Vlaamse vliegvisser.)
Dit terzijde, toch kan iedereen met een beetje goede wil en voorbereiding met een gerust hart op stap, ik zal proberen om hier wat nuttige tips te geven die voor het grootste deel voort komen vanuit mijn eigen ervaring.

Wanneer je besluit naar Ierland te gaan verwacht dan niet dat je alleen maar kanjervisen gaat vangen en onvoorstelbare aantallen, ga er naartoe met de gedachte; nu heb ik nog niets en het kan alles worden. Een perfect gebied om lekker en divers te kunnen vissen is de streek rond Killarney in Kerry, hier heb je de keus uit vele meren zoals Lough Leane, Lough Caragh, Lough Currane (befaamd om zijn zeeforel) en vele kleinere bergmeertjes o.a. in de Gap off Dunloe (tevens een schitterende omgeving). Ook zijn er voldoende rivieren als: the Laune, river Caragh (op dit moment misschien wel de beste zalmrivier van Europa) en nog een aantal kleinere rivieren, kortom keuze genoeg, eigenlijk is het zo, dat waar men water ziet, kan men vis verwachten. Wil je echt goed beslagen ten ijs komen, schaf jezelf dan een aantal goede stafkaarten uit de Discovery Series aan, en de bijna onmisbare boeken Rivers off Ireland en Loughs off Ireland van Peter O’Reilly. Met deze kaarten in je bezit en deze boeken kan het al bijna niet meer mis. Ook is internet natuurlijk een fantastisch medium.

Ook wat vliegen betreft vind ikzelf, en vele zullen hier misschien anders over denken, doet er nogal wat overdreven flauwekul de ronde. Wat mij betreft hoef je echt geen expert te zijn om toch leuk te kunnen vissen. Mijn belangrijkste vliegen zijn wanneer ik in Ierland vis ten eerste: de Klinkhamer, neem ze mee in alle kleuren en maten, perfect voor op de rivier en ook op de meren lusten de forellen er wel pap van, neem verder ook wat cdc’s, sedges en wat palmertjes mee, qua droge vliegen ben je dan al een heel eind op de goede weg.
Voor natte vliegen kun je wat mij betreft volstaan met Black Pennel, Bibbio, Peter Ross, Butcher en een paar lekkere ruige vliegen van het type Bumble maatje 12 tot 14 is prima.
Neem ook nog wat nimfjes mee, en dan heb je aan wat pheasant tail’s en wat hazenoortjes met en zonder goudkralen, meer dan genoeg.
Natuurlijk kun je nog veel meer patronen meenemen, maar ik wil hier alleen maar de basis geven voor iedereen. Een belangrijk iets! Vis niet te klein, je vangt anders nogal wat kleine zalmpjes (pars) van 10cm en kleiner, en deze laten we natuurlijk zoveel mogelijk met rust.

Als je niet te beroerd bent om wat extra bagage met je mee te sjouwen net als ik, kun je natuurlijk ook nog je belly-boot meenemen, vergis je alleen niet in de grote van de te bevissen meren, maar je kunt er wel perfect mee uit de voeten op de Ierse meren.

Ik zal een kort verslagje doen van de gemiddelde visdag(en) zoals ik ze onlangs de eerste week van juni beleefd heb in Ierland
Na een stevig ontbijt, zoals dat hoort in Ierland, op pad gegaan met de belly-boot om op Lough Caragh de forellen eens achter de schubben aan te zitten, het is een redelijk weertje, beetje winderig met wat bewolking, perfect voor op het meer. Overigens kun je natuurlijk ook wel van de kant af vissen of je huurt zoals “normale”mensen gewoon een bootje. Maar ikzelf vindt het wel leuk zo met een belly-boot, vooral ook omdat de meeste Ieren zoiets dus echt nog nooit hebben gezien, en geregeld, misschien ook wel terecht, naar hun voorhoofd wijzen, maar vooral heel belangstellend zijn wat je aan het doen bent. Op Caragh is het vooral goed vissen bij de instromende rivier, met mijn favoriete triootje vliegen heb ik dus ook al snel mijn eerste mooie bruine forel te pakken, na een aantal uren, vooral tegen de rietkragen aan gevist te hebben, weet ik op deze manier een tiental mooie forellen te vangen, variërend tussen de 20 en 35cm, voor op dit meer niet slecht.
Het bellyboten, vooral op zo’n groot meer met wat wind is wel behoorlijk vermoeiend dus is een goede conditie wel een vereiste, en draag ten allen tijde een zwemvest. Na in de middag en vooravond wat sightseeing gedaan te hebben en in de pub genoten van een goed maal en een goede pint, ben ik naar de river Laune getogen, prima rivier voor bruine forel, maar ook zalm en zeeforel is er terdege aanwezig, zeker gezien het aantal locals wat er vist. In de avond kun je hier schitterende sport beleven met de droge vlieg, en zo weet ik ook hier weer de nodige bruine forellen te verschalken, geen supergrote, maar wel zeer mooie vissen.
Zo stop ik om een uurtje of half twaalf dan ook met vissen, moe maar voldaan, morgen weer een nieuwe dag!

 

Ik wil hiermee dus even duidelijk maken, dat je dus geen supervisser hoeft te zijn om in den vreemde te gaan vissen, je moet natuurlijk wel een beetje ondernemend zijn en wat initiatieven nemen. Let wel een beetje op de euro’s want die kunnen er zo doorheen vliegen. Maar wel moet ik eerlijk bekennen dat ik heel graag vis in een befaamde en moeilijke rivier als the Suir en dat ik op Lough Currane mijn mooiste zeeforel heb gevangen vanuit de boot met ghillie, en dat ik Lough Corrib, Melvin en Mask heel hoog op mijn verlanglijstje heb staan, en ze bij een volgend bezoek ook zeker zal bevissen, en ook voor de vliegen ben ik nu al weer met nieuwe Ierse patronen in de weer, vooral ook omdat ik deze vliegen zo schitterend vindt om te binden en te zien.
Maar toch! Pak je spullen, en ga lekker even helemaal weg.

Tight Lines

Paul Graafmans

Sectie Vliegvissen door HSV de Edelkarper

2004 is het eerste jaar dat er binnen de Edelkarper een vliegvis vereniging operationeel is, na een opstart periode in het najaar van 2003 is dit het eerste echte seizoen.

WAT IS VLIEGVISSEN?

Ik sprak eens iemand die wel twee uur op een steen naar me had zitten kijken toen ik ergens aan het vliegvissen was. We maakten een praatje. Zijn statement blijft als een paal boven water: vliegvissen is de mooiste en moeilijkste manier van weinig vangen.

Je moet het dus in je hebben om met een relatief omslachtige werpwijze kleine kunstaasjes, genaamd vliegen, aan te bieden. Er is een onwijze keuze aan die vliegjes. Welke moet je nu telkens hebben?  Geloven in je kunnen, kennis, ervaring en doorzettings-vermogen kunnen van een mens een groot vliegvisser maken.

En een groot vliegvisser is niet iemand die met veel gebral anderen van zijn gelijk overtuigt maar iemand die “het” ontdekt heeft waardoor hij ( en in diverse gevallen ook zij) voorgoed verslingerd is aan de soms haast mystieke sfeer rondom het werpen, vissen en vangen met zo’n zwiepende hengel. Zij weten dan ook, als geen ander, dat vliegvissen eigenlijk een heerlijke vorm van intieme kunst is.

 De basis benodigdheden

Dat zijn een hengel, een lijn, een reel, een onderlijn en wat (vangende) vliegen.

De vliegenhengel lijkt nog het meest op een werphengel. De bevestiging van de molen, bij vliegvissen spreken we van een reel, is echter doorgaans achter op het handvat en niet ergens in het midden op voor aan de handgreep. Als je goed kijkt zie dat ook de ogen van de hengel anders zijn dan die van een reguliere werphengel. De lijn die er door heen moet is, daarover straks meer, ook heel anders.

 

Je treft ze aan in allerlei lengtes en ze bestaan uit 2, 3, 4, 5 of zelfs 6 delen.

De hengels zijn onderverdeeld in verschillende klassen. Deze AFTMA klassen zijn vaak aangeduid met een # teken. Hoe lager het getal, hoe lichter de hengel. Je treft vliegenhengels in de klasse 1 t/m 14. Als het je nu al begint te duizelen kan ik je zeggen dat het er, sterk vereenvoudigd, op neer komt dat een #3 hengel een lichte hengel is, een #6 hengel een middenzware en een #8 hengel een zware. Alles boven de #8 wordt doorgaans gebruikt voor de zalmvisserij en het vissen op grote zeevis.

De gemiddelde lengte van een vlieghengel is tussen de 8 en de 9 feet. In de hogere # klassen vaak (veel) langer.

Als je met vliegvissen begint en je op Nederlands water voorn e.d wilt gaan vangen, maar ook een forelletje op een put of een vakantieriviertje, is een hengel in de #4 of anders hooguit de #5 klasse met een lengte van rond de 8,5 feet een mooie opstapper.

De vliegenlijn is in feite het werpgewicht waarmee geworpen wordt. Immers, het vliegje als zodanig weegt niets en kan dus daardoor niet geworpen worden. Door de lijn, met behulp van de hengel telkens te versnellen en te verlengen spreken we van werpen.  Het werpen gebeurt met een zwaaiende beweging van de hengel. De daarvoor noodzakelijk techniek is relatief eenvoudig aan te leren. Iets wat ik je, zeker in het begin, kan aanbevelen is het volgen van enige werplessen van ervaren vliegvissers. Er zijn er zelfs die daar cursussen in geven. Afhankelijk van je techniek zijn worpen waarbij je de gehele ( meestal 33 yards lange ) lijn er uit werpt mogelijk.

Vliegenlijnen zijn, net als de hengels, verdeeld in AFTM klassen. Voor een beginner kun je aanhouden dat een #6 hengel ook een #6 lijn behoeft. De werpeigenschappen zijn nu doorgaans optimaal op elkaar afgestemd. Er zijn echter uitzonderingen.

Lijnen heb je meestal in drijvende (floating) zinkende (Sinking ) en intermediate ( zwevende) vorm. Moderne vliegenlijnen zijn vrijwel allemaal taps.

Het meest worden drijvende lijnen gebruikt die het dikste ( en dus zwaarste deel) in de voorste helft hebben zit. Weight forward heet dat in jargon.

De reel is een simpel mechanisme om de lijn op te spoelen. Bij het drillen van zware en sterke vissen kan de reel ook een functie als “rem”hebben maar dient dan met een goedwerkende slip uitgevoerd te zijn. De reel heeft bij het werpen nauwelijks een functie. De benodigde lijn wordt voor een worp doorgaans eerst van de reel gehaald.

Er zijn vele uitvoeringen van reels. Waar je op moet letten is dat de reel de lijn kan bevatten. Elke # klasse heeft een bepaalde dikte.  Een reel is meestal bedoeld voor een lijn van een bepaalde klasse. Eentje groter/kleiner past dus vaak niet meer. Voor het vissen op grote en sterke vissen is het zinnig om niet te vertrouwen op de slechts 33 yards die een vliegenlijn lang is.

Als er vissen gevangen kunnen worden die sterk zijn en met gemak een lange run nemen (zeebaars en forel heb er een handje van) dan is een 50 meter backing geen overbodige luxe. Deze volglijn spoel je eerst op je reel alvorens je de vliegenlijn erop zet.

De onderlijn (leader) is de schakel tussen vliegenlijn en vlieg. Dus ook onderdeel van de schakel tussen visser en vis. Ze zijn kant en klaar te koop en zelf te maken. Al naar gelang de diepte waarop je een vlieg wilt aanbieden kunnen ook onderlijnen zinkend, zwevend en drijvend zijn. Leaders zijn er in net zoveel, zo niet meer, gradaties als vliegenlijnen. Een standaardleader voor drijvende vliegen kun je bij de meeste hengelsportzaken wel krijgen. Deze leader gebruik je het meest. Verreweg de meeste leaders lopen van dik naar dun. Het dunste deel heet de tip of punt. Deze punt kan soms (extreem) lang nodig zijn als er met nimfen ( hierover later) op grote(re) diepte moet worden gevist. De dikte van je leaderpunt is de zwakste schakel in de gehele constructie. Een juiste keuze van de leader is die welke past bij de gewenste vis, grootte van de vlieg en # klasse van de hengel. Ervaren vliegvissers kunnen je er in detail over informeren.

Vangende vliegen zijn er legio. Het grootste probleem is welke vlieg je wanneer moet inzetten. Daarover zijn de geleerden het nog steeds niet eens. Enige kennis van insecten welke zich op en om het water bevinden is onontbeerlijk.

Product Shot

 

 

 

 

 

 

Het stadium waarin een bepaald insect zich op een bepaald moment manifesteert ( larve/pop/ volwassen vlieg (adult), eitjes leggende vlieg

 (spawning), stervende of gestorven vlieg (spinner/spent) etc. )is het volgende waar je rekening mee dient te houden. Maar er is nog meer. Véél meer. Daarover zijn reed vele boeken vol geschreven.

Er worden namelijk ook vissen gevangen op “vliegen”die helemaal niet op bestaande insecten lijken. Dan zijn er nog eens vliegen die visjes of visbroed moeten imiteren (natte vliegen of streamers).

De uitdaging van het vliegvissen is grotendeels gelegen in het vinden van de juiste combinatie. Dat begint al met hengel/lijn en het eindigt, zoals bijna altijd, bij het kiezen van de juiste vlieg op het juiste moment. Vele boeken zijn er over vol geschreven. Ondervinding is en blijft de beste leerschool.

Wat is er zoal te vangen aan de vliegenhengel?

De meeste vissen hebben insecten of visjes in hun menulijst staan. In feite zijn dus de meeste soorten vis ook te vangen met de vliegenhengel. De technieken en tactieken ga ik hier niet beschrijven. Dat hebben vele anderen me al voor gedaan.

De plaatjes hierbij zijn slechts een bloemlezing. De clubleden willen je er desgewenst maar al te graag meer over vertellen.

 

EN NOG VEEL EN VEEL MEER

 

De afdeling Edelkarper Vliegvissen helpt je verder. Wordt lid en profiteer van de kennis kennis van anderen.